"Natuur en economie kunnen hand in hand gaan"
"Ik ben ervan overtuigd dat natuur en economie hand in hand kunnen gaan. En dat partijen door samenwerking veel kunnen bereiken. Zoiets kost van alle partijen een investering in tijd, in mensen, maar vooral ook in begrip voor elkaar."
Toespraak van de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV), G. Verburg, bij de start van het programma 'Naar een rijke Waddenzee' in Harlingen, 4 maart 2010.
Dames en heren,
De Waddenzee is het grootste ononderbroken getijdensysteem met zand- en slibplaten ter wereld. Natuurlijke processen vinden hierin nog grotendeels ongestoord plaats. Het is een onmisbare pleisterplaats voor vele trekvogels. Met bijna lyrische bewoordingen in de 'Verklaring van de Unieke Uitzonderlijke Waarde' heeft de UNESCO vorige zomer de Duits-Nederlandse Waddenzee ingeschreven op de Werelderfgoedlijst. Een erkenning waar ik bijzonder trots op ben. En waar we als Nederland en Waddenregio, ook bijzonder trots op mogen zijn. Een aanwijzing die we tijdens het Nationale Werelderfgoed Weekend medio juni ook graag met u vieren.
De aanwijzing van de Wadden als Werelderfgoed betekent een uitdaging voor de toekomst. Want ondanks de erkenning blijven de unieke waarden van de Waddenzee niet vanzelf in tact. De Waddenzee is continu in beweging. Met name het ecosysteem, en soms ook het gebruik ervan, staat onder druk. Soms van binnenuit door het gebruik van het gebied of door ingrepen uit het verleden. Maar ook door invloeden van buitenaf zoals door klimaatverandering of exoten.
We moeten alles op alles zetten om er voor te zorgen dat de Waddenzee sterk en veerkrachtig blijft en zo tegen een stootje blijft kunnen. Wij maken zelf ook deel uit van dit gebied. En dan heb ik het niet alleen over degenen onder u die er wonen, werken of recreëren. Maar over alle Nederlanders. Wij genieten er van en leven er van. En wij kunnen en moeten er verantwoordelijkheid voor nemen.
Een Rijke Waddenzee is een kans voor de natuur en voor de mens. De uitdaging is dubbel: hoe dit unieke natuurgebied te versterken voor de toekomst, terwijl we ook ruimte willen laten voor economische activiteiten en recreatie!
Ik ben ervan overtuigd dat natuur en economie hand in hand kunnen gaan. En dat partijen door samenwerking veel kunnen bereiken. Zoiets kost van alle partijen een investering in tijd, in mensen, maar vooral ook in begrip voor elkaar.
Dat dit kan is het afgelopen jaar bewezen. Drie partijen die elkaar misschien nog wel het hardst bevochten, hebben elkaar toch gevonden. Ik doel daarbij op het Convenant mosseltransitie en natuurherstel. Hierin zijn afspraken gemaakt tussen de mosselsector, de natuurorganisaties en LNV. Over het toewerken naar een duurzame mosselvisserij in 2020. En over het opstellen en uitvoeren van een programma voor natuurherstel.
Ik ben me er van bewust dat het akkoord met de mosselsector en natuurorganisaties vorig jaar zorgde voor discussie in deze regio. Onder andere met de recreatie en de garnalenvisserij. Over de locaties van de mosselzaadinvanginstallaties en de sluiting van een mosselbank is uitgebreid met velen gesproken. Dat is goed. Dat is nodig. Ik denk dat we daar ook goed uit zijn gekomen. Allen die een rol hebben gespeeld ben, ben ik zeer erkentelijk. Ik ben nog in gesprek over de positie van de pioniers van het eerste uur. Dat zijn degenen die al voor het interimbeleid waren begonnen met het experimenteren met mosselzaad-invang-installaties.
Het onderdeel natuurherstel is met vele partners uitgewerkt in het programma 'Naar een Rijke Waddenzee'. Het is een initiatief dat we samen met het Regionaal College Waddengebied, andere ministeries en de natuurorganisaties hebben genomen. We gaan de Waddenzee als natuurgebied nog sterker en veerkrachtiger maken. Zodanig dat de natuur de ruimte krijgt èn tegen een stootje kan.
Ik noemde zojuist het mosselconvenant. Dat convenant staat wat mij betreft model voor: elkaar opzoeken, tegenstellingen overbruggen en zoeken naar gezamenlijke oplossingen. Daar zijn meer voorbeelden van. Ik denk aan de gesprekken tussen de natuurorganisaties en de garnalensector, maar ook aan het opstellen van een visie duurzame visserij onder leiding van gedeputeerde Hollenga, en aan de gesprekken die nu bijvoorbeeld gaande zijn in het Eems-Dollard gebied tussen natuurorganisaties en bedrijven. Dit soort ontwikkelingen ondersteun ik van harte. Via het programma Rijke Waddenzee. Want ik ben er van overtuigd dat een duurzame economische ontwikkeling en natuurherstel hand in hand kunnen en moeten gaan.
Dat zal niet altijd makkelijk zijn. De Waddenzee is, zoals u weet, altijd in beweging; er heerst een natuurlijke dynamiek die ons steeds voor nieuwe uitdagingen plaatst. En we weten niet altijd wat zal werken en wat niet. Maar willen we komen tot goede oplossingen, dan hebben we daar iedereen bij nodig. Dit betekent dat partijen bereid moeten zijn te investeren in elkaar en bereid moeten zijn om vanuit de verschillen de samenwerking op te zoeken en de verschillen te overbruggen.
Het komende jaar zetten we de stap naar de concrete uitvoering. Hier wordt een uitvoeringsorganisatie voor opgezet, samen met de betrokken partijen. Niet om trajecten over te nemen, of het zoveelste plan te zijn in de Waddenzee. We gaan bestaande initiatieven bundelen, kijken waar we trajecten aan elkaar kunnen verbinden en kijken hoe en waar we de uitvoering kunnen versnellen. Het Waddengebied is prachtig, maar er zijn wel heel veel partijen die zich ermee bemoeien en dat kan - met de beste bedoelingen - weleens een beetje te veel van het goede zijn.
De Regiekamer speelt daarin een belangrijke rol. Een Regiekamer waarin naast overheden, ook de natuurorganisaties en gebruikers een plek hebben. Vooral ook om vooraf met elkaar het gesprek aan te gaan en om binnen de gezamenlijke ambitie te kijken wat de agenda kan zijn en welke stappen gezet kunnen worden.
Ik geef straks het 'stokje van de uitvoering' over aan de nieuwe Regiekamer.Ik wil daar graag, mede namens de heer Jorritsma, Commissaris van de Koningin in Friesland en voorzitter van het Regionaal College Waddengebied, nog iets meer over zeggen tegen mevrouw Joan Stam. De aanwijzing van de Wadden tot werelderfgoed heeft ons veel goeds gebracht, maar de geschiedenis gaat verder. De horizon van de Wadden blijft open. Daar liggen mooie doelen in het verschiet. Ik hoop dat u er met ons en met u allen in zult slagen kansen te pakken. Door samen verantwoordelijkheid te nemen en win-winsituatie te creëren. Door de rente te vangen, en het kapitaal te bewaren, of misschien wel te vergroten. Ik wens u heel veel succes als voorzitter van de Regiekamer.