Minister Van der Laan: Niet met één been in Nederland en één been in Marokko
“Een Marokkaan die naar Nederland komt om daar een toekomst op te bouwen, moet niet met één been in Marokko blijven staan”. Dat heeft minister Van der Laan tijdens zijn bezoek aan Marokko aan zijn ambtgenoot Amoer, minister voor Marokkanen in het buitenland, voorgehouden. Daarom moeten obstakels, zoals de verplichte namenlijst en problemen met overmakingen, uit de weg geruimd worden.
Van der Laan heeft minister Amoer gezegd dat ouders bij het geven van een voornaam aan hun kind de volledige keuzevrijheid moeten hebben, juist omdat zij geen afstand kunnen doen van de Marokkaanse nationaliteit. Nu moeten ouders bij het Marokkaanse consulaat een naam opgeven die een Marokkaans karakter heeft, anders wordt het niet ingeschreven en krijgt het kind geen identiteitskaart. Minister Amoer onderschrijft de volledige keuzevrijheid, maar ontkent het bestaan van het probleem.
Ten aanzien van overmakingen heeft minister Van der Laan gesteld dat er sprake moet zijn van volledige wederkerigheid. Het kan niet zo zijn dat Marokkaanse Nederlanders in Nederland wel geld kunnen overmaken naar familie en bedrijven in Marokko, maar het uitvoeren van geld uit Marokko naar Nederland op grote problemen stuit. Dat speelt bij voorbeeld bij het ontvangen van erfenissen van familie uit Marokko. Minister Amoer heeft de volledige wederkerigheid onderschreven.
Van der Laan en zijn collega Amoer hebben daarop afgesproken dat de problemen op gebied van familierecht, de namenlijst en financiële transfers, door de ambtelijke werkgroepen Marokko-Nederland (voor Integratie en Justitie) zullen worden onderzocht en in kaart gebracht. De uitkomsten zullen de basis vormen voor de volgende ontmoeting met minister Amoer dit najaar in Nederland.
In het onderhoud met minister Toufiq van religieuze zaken heeft minister Van der Laan gewezen op het belang om de beginselen van godsdienstvrijheid en de scheiding van kerk en staat strak te handhaven. Tevens heeft hij gewezen op het gemeenschappelijke belang van een gematigde en tolerante islam, zoals die in Marokko en bij de Marokkaanse gemeenschap in Nederland bestaat. Dat met het oog op het tegengaan van religieuze radicalisering.
Met minister Skalli voor gezinszaken heeft Van der Laan afgesproken dat de Nederlandse autoriteiten in samenwerking met de ngo’s voor vrouwenrechten, een actieplan zullen maken en enkele gezamenlijke projecten zullen starten om vrouwen beter voor te lichten over hun rechten. Die zijn na de recente aanpassing van het familierecht in Marokko verbeterd. Een vrouw kan nu bijvoorbeeld een huwelijk weigeren en de huwbare leeftijd is verhoogd van 15 naar 18 jaar. Veel vrouwen in Nederland zijn echter niet op de hoogte van hun verbeterde rechten, net zo min als vrouwen in de dorpen op het platteland van Marokko. Ook minister Skalli is uitgenodigd voor een tegenbezoek aan Nederland.
Marokko heeft tijdens de ontmoeting het onderwijs in eigen taal en cultuur aan de orde gesteld. Minister Amoer gaf aan dat de lessen in Arabische taal nu vaak in moskeeën worden gegeven. Zij zijn van slechte kwaliteit en hebben het risico van radicale beïnvloeding. Minister Van der Laan heeft gesteld dat het geven van onderwijs in eigen taal onder schooltijd is afgeschaft en dat Nederland daar beslist niet op terug komt. Hij heeft zich wel bereid verklaard uit te zoeken of het mogelijk gemaakt kan worden dat ouders na schooltijd gebruik kunnen maken van schoolgebouwen om daarin zelf Arabische lessen te (laten) organiseren.