The Armed Man: a Mass for Peace
"Ieder mens, ieder kind, heeft recht op een menswaardig bestaan. Kinderen moeten kunnen leren, kunnen spelen. Ze moeten geen wapens dragen. Gedwongen worden deel te nemen aan een oorlog. Gruwelijkheden begaan die ons verstand te boven gaan. Laat kinderen kind zijn."
Dames en heren, een hele goede avond.
Ik heet u van harte welkom in het World Forum. U gaat een unieke avond tegemoet.
Uniek, omdat het de eerste keer is dat The Armed Man van Karl Jenkins in zijn geheel in Nederland wordt uitgevoerd.
Uniek, omdat iedereen die aan deze avond meewerkt, dat belangeloos doet. Honderden mensen hebben tijd en energie gestoken in het voorbereiden van deze avond, en niemand heeft daarvoor wat dan ook in rekening gebracht.
Uniek, tot slot, omdat dit concert ten goede komt aan kindsoldaten. Deze avond heeft weliswaar niets gekost, maar levert natuurlijk wel iets op. Die opbrengsten gaan naar War Child, een organisatie die hulp verleent aan kinderen in door oorlog getroffen gebieden.
Den Haag, stad van vrede en recht, is dit jaar War Child stad. Deze bijzondere avond in het World Forum past helemaal in dat plaatje. Mark Vogt, directeur van War Child, ik heet jou vanavond van harte welkom in “jullie” stad.
Dames en heren,
Ik wil vanavond graag stilstaan bij een verhaal over een jongen. Een jongen uit Sierra Leone. Als hij twaalf is, komt hij voor het eerst in aanraking met oorlog. Hij gaat met een paar vrienden muziek maken in een naburig dorp, als ineens de mensen uit zijn eigen dorp binnenstromen. De rebellen zijn er, en ze komen deze kant op! “Dit dorp is als volgende aan de beurt,” klinkt overal om hen heen. Toch willen de jongens terug, om hun familie te zoeken. Dat zou ieder kind doen: papa en mama betekenen immers: veiligheid. Maar halverwege komen dood en verderf hen tegemoet.
De jongen schrijft: “Het laatste slachtoffer dat we die avond zagen, was een vrouw met een baby op haar rug. Er stroomde bloed over haar jurk, dat een spoor achter haar vormde. Haar kind was doodgeschoten terwijl zij rende voor haar leven…Ik wilde niet teruggaan naar waar die vrouw vandaan was gekomen. Er stond in de ogen van die baby te lezen dat alles verloren was. Ons dorp was niet langer zoals we het kenden en onze ouders konden er onmogelijk nog zijn.”
Zo komt een veilige kindertijd tot een abrupt einde.
Wat volgt is een lange reis door de bush. De jongens vallen in handen van de rebellen, weten te ontkomen, raken elkaar kwijt, raken hun sandalen, zo ongeveer hun meest kostbare bezit, kwijt. Ze hergroeperen, passeren dorpen, huilen, lijden honger. Uiteindelijk worden ze door regeringssoldaten opgepakt en meegenomen naar hun kamp. Daar worden ze van kind tot kindsoldaat gemaakt. Ze krijgen hun AK-47, ze krijgen witte pillen, voor extra energie, en ze gaan het gevecht in. Doodsangsten staan ze uit als ze hun eerste schot lossen.
Maar het went.
Zo zegt deze jongen: “Mijn geest had het bij mijn eerste moord niet alleen begeven, het leek wel of mijn hersens ook geen nare ervaringen meer opsloegen. Mensen doden was net zo simpel geworden als water drinken. Mijn motto was: doden of gedood worden.”
Uiteindelijk draagt het leger hem over aan UNICEF. Hij wordt ontwapend en naar Freetown gebracht. Daar komt hij in een rehabilitatieproject terecht, samen met rebellenstrijders, zijn aartsvijanden. Nu mogen ze samen tafeltennissen. Zijn er schone lakens. Gaan ze naar school. Het is geen gemakkelijke overgang, na een leven in de hel. Maar de jongen redt zich. Als hij achttien is, verhuist hij naar New York. Daar vindt hij, wat hij zelf zijn tweede familie noemt. Daar begint hij aan zijn tweede leven.
Dames en heren,
Dit is het verhaal van Ishmael Beah. Hij schreef het zelf op, en noemde het A Long Way Gone, in het Nederlands: Ver Van Huis. Herinneringen van een kindsoldaat.
Zoals zijn verhaal, zijn er meer. Dave Eggers tekende het levensverhaal op van Valentino Achak Deng, uit Soedan. Dat boek kreeg veel aandacht. Afgelopen week was Valentino nog in Nederland op bezoek; misschien hebt u hem zondag bij Paul de Leeuw gezien.
Vanavond is Kon Kelei onze gast, ook uit Soedan. Kon werd op zijn vierde al meegegeven aan de SPLA. Hij kwam in 2000 in Nederland en studeert nu Rechten. Hij vertelt ons zelf zo iets over de loop die zijn leven nam.
Voor Ishmael, Valentino en Kon is het goed afgelopen. Zij kregen de kans opnieuw te beginnen. Krijgen de meer dan 250.000 kindsoldaten die de wereld vandaag telt, die kans ook?
Daar moeten wij ons allemaal sterk voor maken. Nederland doet dat. Ook binnen de Europese Unie. En ook binnen de Verenigde Naties. Onder andere door steun te geven aan het werk van de Speciale Gezant voor Kinderen in Gewapend Conflict, mevrouw Radhika Coomaraswamy. Ieder mens, ieder kind, heeft recht op een menswaardig bestaan. Kinderen moeten kunnen leren, kunnen spelen. Ze moeten geen wapens dragen. Gedwongen worden deel te nemen aan een oorlog. Gruwelijkheden begaan die ons verstand te boven gaan. Laat kinderen kind zijn.
Ik steun deze avond dan ook van harte. Ik steun War Child van harte. En op een avond als vanavond, mag die steun niet alleen moreel zijn. Daar mag iets meer aan te pas komen. Vanuit de Nederlandse regering wordt het werk van War Child al ruimhartig ondersteund met bijna acht miljoen euro voor de periode 2007-2010. In aanvulling daarop doet het mij veel plezier om vanavond hier te mogen aankondigen dat het Ministerie van Buitenlandse Zaken graag de opbrengst van deze avond zal verdubbelen. Als extra steun in de rug!
Dames en heren,
Ik wens u een hele mooie avond toe. Een unieke avond.
Hartelijk dank.