Beantwoording vragen van het lid Van der Ham over de gruwelijke mishandeling van homoseksuelen in Irak
Graag bieden wij u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door het lid Van der Ham over de gruwelijke mishandeling van homoseksuelen in Irak. Deze vragen werden ingezonden op 28 april 2009 met kenmerk 2009Z08202.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
Drs. M.J.M. Verhagen
Antwoorden van de heer Verhagen, Minister van Buitenlandse Zaken op vragen van het lid Van der Ham (D66) over de gruwelijke mishandeling van homoseksuelen in Irak.
Vraag 1
Kunt u de berichten 1) bevestigen dat er nieuwe martelmethoden in Irak worden gebruikt tegen homoseksuelen, waarbij sommige gemartelden zelfs sterven?
Antwoord
Het is de Nederlandse regering bekend dat er berichten zijn over toenemend geweld jegens homoseksuelen in sommige delen van Bagdad (Sadr City) en in Basra.
Vraag 2
Kunt u aangeven in hoeverre deze martelmethoden worden goedgekeurd of gedoogd door de Iraakse autoriteiten? Worden diegenen die deze martelingen uitvoeren vervolgd?
Antwoord
De Nederlandse regering heeft geen reden om aan te nemen dat de Iraakse autoriteiten geweld tegen homoseksuelen goedkeuren of aanmoedigen. Homoseksualiteit is in Irak niet strafbaar. Voorzover bekend zijn er geen strafrechtelijke onderzoeken ingesteld door de Iraakse autoriteiten naar geweldpleging jegens homoseksuelen.
Vraag 3
Kunt u net als de International Gay and Lesbian Human Rights Commission en Human Rights Watch aandringen bij de Verenigde Naties om deze berichten spoedig te onderzoeken? Bent u bereid de Iraakse autoriteiten op deze berichten te ondervragen en aan te spreken?
Antwoord
De Staatsecretaris van Justitie Albayrak heeft namens de Nederlandse regering de ernstige zorgen over de positie van homoseksuelen in Irak overgebracht aan de Iraakse minister van Justitie Dara Nur Al-Din en aan de vice-minister van Buitenlandse Zaken dr. Mohammed H. Hamoud tijdens haar bezoek aan Irak op 6 en 7 mei jl. De Iraakse minister van Justitie Dara Nur Al-Din onderschreef dat homoseksualiteit in Irak niet strafbaar is en dat het geweld tegen homoseksuelen voornamelijk wordt gepleegd door een groep extremisten.
Nederland heeft tevens in EU-verband en bij de UNHCR aandacht gevraagd voor de positie van homoseksuelen in Irak en draagt via het EU-Justlex ‘rule of law’-programma bij aan de opbouw en versterking van de Iraakse justitiële sector. Nederland en de EU zullen bij de Iraakse regering aandacht blijven vragen voor de mensenrechtensituatie in het algemeen en daarbij de noodzaak blijven benadrukken om kwetsbare groepen zoals homoseksuelen maximale bescherming te bieden.
1) Melding van Al-Arabiya News Channel, 21 april 2009