Beantwoording vragen van de leden Fritsma en Wilders over de uitspraak van de Marokkaanse Hoge Raad van Migranten dat Marokkaanse Nederlanders 'expats' zijn
Graag bied ik u hierbij, mede namens de minister voor Wonen, Wijken en Integratie, de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door de leden Fritsma en Wilders over de uitspraak van de Marokkaanse Hoge Raad van Migranten dat Marokkaanse Nederlanders 'expats' zijn. Deze vragen werden ingezonden op 28 november 2008 met kenmerk 2008Z08002.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
Drs. M.J.M. Verhagen
Antwoorden van de heer Verhagen, minister van Buitenlandse Zaken op vragen van de leden Fritsma en Wilders (PVV) over de uitspraak van de Marokkaanse Hoge Raad van Migranten dat Marokkaanse Nederlanders 'expats' zijn.
Vraag 1
Bent u bekend met de uitspraak van de Marokkaanse Hoge Raad van Migranten dat Marokkaanse Nederlanders ‘expats’ zijn? 1)
Antwoord
Ja.
Vraag 2
Deelt u de mening dat het volkomen onacceptabel is dat een orgaan van de Marokkaanse overheid Marokkaanse Nederlanders op een dergelijke wijze aanduidt, nu dit orgaan zich ten doel stelt om deelname van ‘expats’ aan de politieke, economische, culturele en sociale ontwikkeling van Marokko te verhogen? Zo neen, waarom niet?
Vraag 3
Hoe verhoudt deze uitspraak van de Hoge Raad van Migranten zich met uw verzoek aan de Marokkaanse autoriteiten om de integratie van Marokkaanse Nederlanders niet te belemmeren?
Vraag 4
Welke maatregelen bent u voornemens te treffen in de richting van de Marokkaanse autoriteiten, nu deze voor de zoveelste keer op rij hebben aangetoond volkomen maling te hebben aan Nederland en zich schaamteloos met in Nederland woonachtige Marokkanen blijven bemoeien?
Antwoord
De Hoge Raad voor Migranten gebruikt de term “Marocain résident à l’étranger” of “expatriate” en doelt daarmee op het feit dat voor Marokko Marokkanen altijd de Marokkaanse nationaliteit blijven houden, ook al wonen zij in het buitenland en hebben zij eveneens een andere nationaliteit. Zoals ik in mijn brief van 4 december jl aan uw Kamer inzake het verslag van mijn recente bezoek aan Marokko en Algerije reeds schreef, heb ik tijdens mijn onderhoud met mijn Marokkaanse ambtgenoot gesteld dat ik vooralsnog een dergelijke Raad kan aanvaarden, mits openheid wordt betracht over activiteiten en doelstellingen van deze Raad en de activiteiten van deze Raad stroken met het Nederlandse integratiebeleid en de Nederlandse wetgeving.
Vraag 5
Bent u bereid om maatregelen te treffen tegen de vertegenwoordigers van de Hoge Raad van Migranten in Nederland? Zo neen, waarom niet?
Antwoord
Nee. Zij participeren op vrijwillige basis in deze Raad.
Vraag 6
Bent u bereid de Marokkaanse ambassadeur op het matje te roepen nu de toezegging van Marokko om zich niet met Nederland te bemoeien een grove leugen blijkt te zijn?
Antwoord
Ik heb van mijn ambtgenoot Fassi Fihri in Rabat de verzekering gekregen dat Marokko instemt met het door Nederland gestelde kader voor contacten tussen de Marokkaanse overheid en Nederlanders van Marokkaanse afkomst, namelijk dat deze open en transparant plaatsvinden op basis van vrijwilligheid en de integratie niet belemmeren. Vrijwilligheid betekent hier dat individuele vrijheid uitgangspunt moet zijn op ieder terrein van betrokkenheid. Minister Fassi Fihri stelde dat er geen sprake van kan zijn dat Nederlanders van Marokkaanse afkomst zich niet aan Nederlandse wetten of waarden zouden houden. Ik zie geen reden om de Marokkaanse ambassadeur om nadere uitleg te vragen.