Beantwoording vragen over niet-betalende bekeurde diplomaten
Graag bied ik u hierbij, mede namens de Minister van Justitie, de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door het lid De Wit over niet-betalende bekeurde diplomaten. Deze vragen werden ingezonden op 17 april 2009 met kenmerk 2009Z07389.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
Drs. M.J.M. Verhagen
Antwoorden van de heer Verhagen, Minister van Buitenlandse Zaken, mede namens de Minister van Justitie, op vragen van het lid De Wit (SP) over niet-betalende bekeurde diplomaten.
Vraag 1
Herinnert u zich uw antwoorden op eerdere Kamervragen over wanbetalers in diplomatieke kringen? 1) Vindt u het niet onbevredigend dat het zo moeilijk is om schulden te verhalen op wanbetalers in diplomatieke kringen, en dat mensen die een schuld hebben te verhalen op een in Nederland verblijvende diplomaat in een slechte verhaalspositie verkeren?
Antwoord
Ja.
Vraag 2
Houdt u vast aan uw eerdere antwoord dat u ‘geen aanwijzingen (heeft) dat diplomaten vanwege het immuniteitsbeginsel een slechte betalingsmoraal zouden hebben’? 2) Zo ja, wat is dan uw verklaring voor het lage aantal diplomaten dat aan zijn betalingsverplichting voldoet?
Antwoord
Het aangehaalde antwoord vormde een reactie op de vraag of ik kon uitsluiten dat het immuniteitsbeginsel een rol speelt bij de betalingsmoraal van diplomaten. Dat kan ik niet. Evenmin heb ik er concrete aanwijzingen voor. Ik beschik ook niet over aanwijzingen dat diplomaten om andere redenen een slechte betalingsmoraal zouden hebben
Vraag 3
Deelt u de mening dat ook diplomaten zich aan de hier geldende wetten moeten houden, en dat het niet valt uit te leggen dat een diplomaat niet aangesproken kan worden op zijn strafbare feiten? Zo nee, waarom niet?
Antwoord
Diplomaten dienen zich te houden aan de wetten en regelingen van de ontvangende staat (artikel 41 lid 1 van het Verdrag van Wenen inzake Diplomatiek Verkeer). Doen zij dit niet, dan kunnen echter geen wettelijke dwangmiddelen tegen hen worden toegepast, maar ze kunnen daarover wel aangesproken worden (zie antwoord op vragen 5 en 6).
Vraag 4
Hoe ver gaan nu precies de immuniteiten die voortvloeien uit het Verdrag van Wenen inzake diplomatiek verkeer? Voor welke personen geldt dit precies? Voor welke strafbare feiten kan immuniteit worden ingeroepen? Hoe ver gaat dat? Is het waar dat een dronken ambassadeur niet eens uit zijn auto kan worden gehaald en niet kan worden gedwongen mee te werken aan een blaasproef?
Antwoord
De in het Verdrag van Wenen aangegeven absolute immuniteiten gelden voor de in dit verdrag precies omschreven groepen van personen: diplomaten, hun inwonende gezinsleden en administratief en technisch personeel en hun inwonende gezinsleden. De immuniteit die betrokkenen ontlenen aan het Verdrag van Wenen is een algemene immuniteit ten aanzien van de rechtsmacht in strafzaken van de ontvangende staat. Een ambassadeur geniet absolute immuniteit en is gevrijwaard tegen enigerlei vorm van aanhouding of vrijheidsbeneming.
Vraag 5
Deelt u de mening dat het niet aanvaardbaar is dat het slechts op ‘goed fatsoen’ aankomt of de diplomaat de opgelegde boete betaalt en dat de diplomaat nergens toe kan worden gedwongen? Zo nee, waarom niet? Zo ja, welke maatregelen gaat u nemen de handhaving van opgelegde boetes te verbeteren?
Vraag 6
Worden de mogelijkheden die u nu ter beschikking staan momenteel al gebruikt? 3) Zijn deze maatregelen wel geschikt om verkeersboetes te innen of moet er worden gezocht naar eenvoudigere handhavingsmogelijkheden.
Antwoord
Waar het op aankomt is niet zozeer het ‘het goed fatsoen’ maar de toepassing van het Verdrag van Wenen dat, in verband met het immuniteitsbeginsel, beperkingen stelt bij het afdwingen van de betaling van opgelegde boetes. Ondanks deze beperkingen beschik ik evenwel over een aantal mogelijkheden om diplomaten aan te spreken over hun uitstaande boetes en hen te verzoeken deze boetes te betalen. Op basis van informatie van het Centraal Justieel Incasso Bureau kan ik ambassades confronteren met hun verkeersboetes. Er zijn verschillende mogelijkheden waarop dit gedaan kan worden. Dit kan bijvoorbeeld per diplomatieke nota geschieden. Of ik ontbied terzake de wanbetalende diplomaat of zijn ambassadeur. Ook kan om een ontheffing worden verzocht van de van toepassing zijnde immuniteit. Zoals de minister van Justitie in een eerder antwoord heeft gesteld leveren dergelijke stappen wisselend succes op, omdat ik me slechts kan beperken tot een verzoek om betaling zonder dat mij wettelijke dwangmiddelen ter beschikking staan.
Vraag 7
Bent u bereid tenminste de grenzen van het Verdrag van Wenen inzake diplomatiek verkeer op te zoeken om zo min mogelijk beperkingen te stellen aan het afdwingen van betalingsverplichtingen.
Antwoord
Nederland zal de in het Verdrag van Wenen neergelegde beperkingen voor het afdwingen van betalingsverplichtingen zorgvuldig naleven. Naast het algemene belang bij het naleven van verdragsverplichtingen geldt daarbij dat een stipte naleving belangrijk is voor goed lopende diplomatieke betrekkingen.
Als Nederland dat niet zal doen, zal het bovendien naar verwachting daar snel zelf de gevolgen van ondervinden in andere landen. De kans is groot dat die landen reciproque maatregelen zullen nemen die zich even moeizaam zullen verhouden tot het Verdrag van Wenen.
Vraag 8
Vindt u het Verdrag van Wenen inzake diplomatiek verkeer nog van deze tijd? Bent u bereid zo nodig in internationaal verband aan te dringen op aanpassing of modernisering daarvan? Zo nee, waarom niet? Zo ja, wanneer en hoe gaat u dit doen?
Antwoord
Het Verdrag van Wenen is geldend recht. Vele regels van dit verdrag zijn gebaseerd op eeuwenlange praktijk. De praktijk sinds 1961 heeft aangetoond dat dit verdrag zich ook in een snel ontwikkelende wereld goed stand heeft kunnen houden. Vrijwel alle regels zijn daarvoor voldoende algemeen geformuleerd. Er zijn dan ook in de praktijk geen serieuze voorstellen gedaan en aanvaard om het verdrag te amenderen.
1) AD.nl, 10 april 2009: “Bekeurde diplomaat notoire wanbetaler”
http://www.ad.nl/binnenland/3143473/Bekeurde_diplomaat_notoire_wanbetaler.html
AD.nl, 10 april 2009: “Diplomaten negeren massaal boetes”
http://www.ad.nl/denhaag/stad/3143515/Diplomaten_negeren_massaal_boetes.html
AD.nl, 10 april 2009: “Uiteindelijk geen poot om op te staan”
http://www.ad.nl/denhaag/stad/3143511/Uiteindelijk_geen_poot_om_op_te_staan.html
AD.nl, 10 april 2009: “Diplomaat kan worden uitgewezen”
http://www.ad.nl/denhaag/stad/3143509/Diplomaat_kan_worden_uitgewezen.html
2) AD.nl, 10 april 2009: “Uiteindelijk geen poot om op te staan”
http://www.ad.nl/denhaag/stad/3143511/Uiteindelijk_geen_poot_om_op_te_staan.html
Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2008-2009, nr. 2123