Beantwoording vragen over de toezegging van de Minister voor OS om geld te besteden aan de Gazastrook
Graag bieden wij u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door de leden De Roon en Wilders over de toezegging van de minister voor Ontwikkelingssamenwerking om geld te besteden aan de Gazastrook. Deze vragen werden ingezonden op 17 februari 2009 met kenmerk 2009Z02748 / 2080913710.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
Drs. M.J.M. Verhagen
De Minister voor Ontwikkelingssamenwerking,
Drs. A.G. Koenders
Antwoorden van de heer Verhagen, Minister van Buitenlandse Zaken en de heer Koenders, Minister voor Ontwikkelingssamenwerking op vragen van de leden De Roon en Wilders (PVV) over de toezegging van de minister voor Ontwikkelingssamenwerking om geld te besteden aan de Gazastrook.
Vraag 1
Is het waar dat u zich bereid hebt verklaard om geld beschikbaar te stellen voor wederopbouw in de Gazastrook?1
Vraag 2
Waarom wilt u geld van de belastingbetaler besteden aan projecten in een regio die in handen is van een destructieve islamitische Hamas-dictatuur? Bent u bekend met het feit dat Hamas voor niets anders dan verwoesting in de Gazastrook heeft gezorgd?
Antwoord
Nederland is bereid de wederopbouw van Gaza te ondersteunen zodra afdoende garanties verkregen zijn voor de duurzaamheid ervan. Daarvoor zijn volgende randvoorwaarden essentieel: een permanent staakt-het-vuren tussen Israël en Hamas, intra-Palestijnse verzoening en gegarandeerde toegang tot Gaza.
Zolang op bovengenoemde punten geen vooruitgang wordt geboekt is het risico groot dat het geweld weer oplaait en de gedane investeringen tevergeefs zullen zijn.
Tot die tijd ligt de nadruk op het verschaffen van humanitaire hulp. Daarnaast beziet de regering of kleinschalige activiteiten opgestart kunnen worden die tussen humanitaire hulp en wederopbouw in liggen, zoals projecten op het gebied van werkgelegenheid, stimuleren van de interne economie en urgent herstel van publieke voorzieningen. Voor alles geldt dat ervoor wordt zorg gedragen dat de hulp terecht komt bij hen die het nodig hebben en niet bij Hamas.
Vraag 3
Om hoeveel geld gaat het en hoe voorkomt u dat deze projecten - direct of indirect - ten goede komen aan Hamas of dat deze projecten er - direct of indirect - aan bijdragen dat Hamas langer in het zadel blijft?
Antwoord
Zolang niet aan de randvoorwaarden is voldaan, zal Nederland geen geld reserveren voor wederopbouwactiviteiten in Gaza. Wanneer de omstandigheden het eenmaal toelaten dat wederopbouwhulp wordt verstrekt, zullen enkel activiteiten gefinancierd worden die niet aan Hamas ten goede komen. De internationale gemeenschap heeft hierover ook duidelijke afspraken gemaakt op de internationale conferentie over de hulp aan Gaza in Sharm-el-Sheikh op 2 maart 2009. Donoren zullen hun bijdragen kanaliseren via de Palestijnse Autoriteit of via bestaande internationale en regionale mechanismes en fondsen waarvan vast staat dat zij buiten Hamas om werken, zoals het EU-hulpinstrument PEGASE, het Wereldbank Trust Fund ter ondersteuning van het palestinian Reform and Development Plan (PRDP), het Islamic Development Fund en het consolidated appeal van de VN (UN CAP).
Vraag 4
Deelt u de mening dat hulp aan de Gazastrook pas zinvol kan zijn als het Hamasbewind verwijderd is en dat het de bevolking van de Gazastrook is die dat zelf moet doen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord
Humanitaire hulp moet onder alle omstandigheden mogelijk blijven, ongehinderd door Israël of door Hamas en mag niet afhankelijk worden gesteld van politieke of inhoudelijke condities. Duurzame wederopbouwhulp is eerst zinvol zodra aan de bovengenoemde voorwaarden is voldaan, waaronder die van intra-Palestijnse verzoening. Dat is een verantwoordelijkheid van alle Palestijnen en niet alleen van de bevolking van de Gazastrook. Hierbij is een bemiddelende rol weggelegd voor Egypte en Nederland steunt deze Egyptische inspanningen nadrukkelijk.
1: De Volkskrant, 13 februari 2009: “Koenders gaat wederopbouw Gaza steunen”