Beantwoording vragen over de ter dood veroordeling van Tibetaanse demonstranten
Graag bied ik u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door de leden Voordewind en Van Dam over de ter dood veroordeling van Tibetaanse demonstranten. Deze vragen werden ingezonden op 21 april 2009 met kenmerk 2009Z07623.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
Drs. M.J.M. Verhagen
Antwoorden van de heer Verhagen, Minister van Buitenlandse Zaken op vragen van de leden Voordewind (ChristenUnie) en Van Dam (PvdA) over de ter dood veroordeling van Tibetaanse demonstranten.
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van het bericht dat vier Tibetanen in China zijn veroordeeld tot de doodstraf en één tot levenslang wegens betrokkenheid bij de demonstraties tegen het Chinese bewind die vorig jaar in Tibet hebben plaatsgevonden? 1)
Antwoord
Ja, betrokkenen zijn veroordeeld wegens brandstichting in enkele winkels, die de dood van in totaal zes personen tot gevolg had. Ik wil daarbij aantekenen dat onderscheid moeten worden gemaakt tussen vreedzame en gewelddadige demonstraties. Ik heb er begrip voor dat China gewelddadige demonstranten vervolgd, zolang het internationale normen in acht neemt en geen disproportionele straffen oplegt. Personen die vreedzaam protesteren behoren niet gestraft te worden. Tijdens hoogambtelijke politieke consultaties op 23 april jl. in Peking is van Nederlandse kant nadrukkelijk aandacht gevraagd voor deze zaak.
Vraag 2
Wat is de stand van zaken met betrekking tot het internationale onafhankelijke onderzoek naar het neerslaan van de demonstraties waartoe vorig jaar zowel door de regering als de EU is opgeroepen? Indien dit onderzoek nog niet heeft plaatsgevonden, bent u dan bereid om hier opnieuw op aan te dringen?
Vraag 3
Welke stappen gaat u zowel bilateraal als in EU-verband nemen om de Chinese autoriteiten uw afkeuring over deze gang van zaken kenbaar te maken?
Antwoord 2 en 3
Onafhankelijk onderzoek is, mede door de beperkte toegankelijkheid van Tibet, niet mogelijk.
Nederland en de EU hebben sinds maart 2008 herhaaldelijk opgeroepen tot betere toegang tot Tibet voor journalisten en diplomaten en zullen dat blijven doen. De Chinese autoriteiten hebben onlangs toegezegd dat een medewerker van de Nederlandse ambassade eind juni een bezoek aan Tibet kan brengen. Het vorige bezoek van een ambassademedewerker aan Tibet vond in juli 2008 plaats.
Vraag 4
Bent u bereid de mogelijkheden te onderzoeken om deze strafrechtelijke processen bilateraal of in EU-verband te monitoren, bijvoorbeeld via de ambassade, en de Kamer over de uitkomst daarvan te informeren?
Antwoord
In beginsel zijn strafprocessen openbaar, maar de rechtbank kan de toegang beperken. Het is niet bekend of dat in deze zaken het geval was. Vanzelfsprekend zullen Nederland en de EU de strafprocessen van demonstranten in Tibet (in de mate van het mogelijke) blijven volgen. De Nederlandse ambassade in Peking speelt daarbij een actieve rol, gezamenlijk met de andere EU-partners.
1) Algemeen Dagblad, 8 april 2009: “Tibetaanse demonstranten ter dood veroordeeld”