Beantwoording vragen inzake deelname aan de VN-conferentie tegen racisme in Genève

Graag bied ik u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door de leden Haverkamp, Van Baalen, Voordewind en Van der Staaij over deelname aan de VN-conferentie tegen racisme in Genève. Deze vragen werden ingezonden op 5 maart 2009 met kenmerk 2009Z03955.

De Minister van Buitenlandse Zaken,

Drs. M.J.M. Verhagen

Antwoorden van de heer Verhagen, Minister van Buitenlandse Zaken op vragen van de leden Haverkamp, Van Baalen, Voordewind en Van der Staaij (CDA, VVD, CU en SGP) over deelname aan de VN-conferentie tegen racisme in Genève.

Vraag 1

Op welke wijze is uw bijdrage tijdens de Mensenrechtenraad in Genève op 3 maart jl., waarin u stelt dat Nederland de conceptverklaring van de antiracismetop van de VN in april 2009 onacceptabel vindt ontvangen? 1) Waren er andere lidstaten die u zijn bijgevallen? 2)

Antwoord

Van verschillende leden van de MRR heb ik positieve reacties ontvangen op mijn bijdrage waarin ik het huidige slotdocument onacceptabel heb genoemd en waarin ik de rode lijnen voor Nederland heb geschetst. Het Verenigd Koninkrijk heeft in de Mensenrechtenraad aangegeven dat een herziening van de focus van de voorbereidingen vereist is om te kunnen komen tot een voor het VK acceptabel slotdocument. Italië heeft op 5 maart jl. aangekondigd niet deel te zullen nemen aan de conferentie op basis van de huidige slottekst. De VS had al eerder aangegeven dat zij niet op basis van het huidige concept-slotdocument aan de conferentie zullen deelnemen

Vraag 2
Kunt u aangeven welke acties Nederland en de EU nog kunnen ondernemen om de conceptverklaring van de antiracismetop van de VN in april 2009 aan te passen opdat de uiteindelijke verklaring wel acceptabel kan worden? In hoeverre benut Nederland en de EU hierbij haar bilaterale contacten met diverse niet-westerse landen?

Antwoord

De EU dringt aan op een korter slotdocument, waarin onderwerpen die niet thuishoren in deze conferentie vermeden. Het EU-voorzitterschap, Nederland en andere individuele EU-partners bepleiten alternatieve uitkomsten in contacten met verschillende andere VN-lidstaten. De voorzitter van de Instersessional Working Group, verantwoordelijk voor de onderhandelingen over het slotdocument, heeft op persoonlijke titel het initiatief genomen om samen met vertegenwoordigers van België, Egypte en het kantoor van de Hoge Commissaris voor de Mensenrechten een alternatief korter slotdocument op te stellen.

Vraag 3
Hoe waardeert de EU deze conceptverklaring? Bestaat hierover een gemeenschappelijk standpunt? Zo nee, zijn er lidstaten die het standpunt van Nederland delen en deze verklaring onacceptabel vinden?

Antwoord

De EU heeft een onderhandelingsstrategie opgesteld waarin enkele rode lijnen zijn vastgesteld. Zo mag er wat de EU betreft geen hiërarchie worden aangebracht tussen groepen slachtoffers, moet het concept ‘belastering van religies’ uit het document verdwijnen en mag er geen focus op een specifiek land, in casu Israël, worden gelegd. Over de rode lijnen bestaat binnen de EU overeenstemming. Dat het huidige slotdocument voor de EU niet acceptabel is volgt dan ook uit deze rode lijnen.

Vraag 4
Indien de verklaring niet wordt aangepast in de komende weken, zal Nederland, zoals u eerder hebt aangekondigd, dan afzien van deelname aan de conferentie? Bestaat in dat geval ook de mogelijkheid dat de EU als geheel wegblijft?

Antwoord

Indien het huidige concept-slotdocument ongewijzigd blijft, zal Nederland niet deelnemen aan de conferentie. In de onderhandelingsstrategie van de EU is niet deelnemen aan de conferentie door de gehele EU nadrukkelijk een optie.

Vraag 5
Kunt u deze vragen beantwoorden vóór het eerstvolgende AO RAZEB?

Antwoord

Ja.

1: ANP, 3 maart 2009: “Verhagen wil andere uikomst antiracismetop VN”
2: Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2008-2009, nr. 1052