Ramp Haïti toont belang gezamenlijk C-17-project
Met de humanitaire inzet van de C-17-transportvliegtuigen bewijst het gezamenlijke optreden binnen het Strategic Airlift Capability (SAC)-programma zijn waarde. Een paar dagen na de aardbeving voerde de Heavy Airlift Wing (HAW) zijn eerste hulpmissies uit voor het zwaar getroffen Haïti. De operationele samenwerking tussen de bij het project betrokken landen is een belangrijke stap in de ontwikkeling van het relatief nieuwe SAC-programma.
Op 12 januari trof een zware aardbeving Haïti. Een paar dagen later voerde een C-17 van het Strategic Airlift Capability (SAC)-programma zijn eerste hulpmissies uit. De bemanning bestond deels uit Nederlandse militairen. De Heavy Airlift Wing (HAW) bracht deze week voor de derde keer hulpgoederen naar Haïti. De vracht bestond ditmaal uit materiaal en uitrusting voor een nog op te bouwen kamp op het vliegveld van Port-au-Prince en de bevoorrading ervan.
Logistieke mijlpaal
Er gaat een ingewikkeld logistiek proces vooraf aan de uiteindelijke levering in Haïti. Zo leverde de Bulgaarse luchtmacht hulpgoederen uit dat land aan op Pápa Airbase in Hongarije, de thuishaven van de HAW. Het materiaal werd van daaruit vervoerd naar Zweden waar de resterende hulpgoederen werden bijgeladen. Bovendien was het de eerste keer dat een ander land dan gastland Hongarije vracht op Pápa Airbase inboekte.
Volgens de Amerikaanse kolonel John Zazworsky, commandant van de HAW, lijkt dat misschien een kleine stap maar is het echt een mijlpaal te noemen. “Luchttransport uitvoeren op de meest efficiënte manier voor de deelnemende landen. Kortom: een stap naar waar we in de toekomst willen zijn”, aldus Zazworsky.
Andere deelnemers in het SAC-programma naast Nederland zijn Bulgarije, Estland, Hongarije, Litouwen, Noorwegen, Polen, Slovenië, Roemenië, de Verenigde Staten, Finland en Zweden.