Financieel Jaarverslag van het Rijk 2008 toont omslag economie
2008 is in economisch opzicht een jaar met twee gezichten. Was er in het eerste kwartaal nog sprake van economische groei vanaf het tweede kwartaal is er sprake van krimp en bevindt Nederland zich sinds het vierde kwartaal in een economische recessie. Toch is de gemiddelde groei over het hele jaar positief, namelijk 2,8 procent.
Dit blijkt uit het Financieel Jaarverslag van het Rijk wat op vrijdag 15 mei toegelicht is door minister Bos van Financiën. Uit het Financieel Jaarverslag van het Rijk (FJR) lijkt dat het EMU-Saldo in 2008 uitgekomen is op 1,0 procent BBP. Dit is 0,5 procent hoger dan geraamd in de Miljoenennota 2008. Dit kan verklaard worden door verschillende mee- en tegenvallers. Ondermeer de doordat de staatschuld tegen voordeliger tarieven is gefinancierd dan aanvankelijk was verondersteld.
De gevolgen van de kredietcrisis werden wereldwijd steeds zichtbaarder. De financiële markten kwamen aan het einde van het jaar bijna stil te liggen, aandelen koersen daalden scherp en voor bedrijfsobligaties stegen de renteopslagen tot een historisch record. Handelskrediet was niet eenvoudig beschikbaar meer wat negatieve effecten had op de buitenlandse handel. Ook risicopremies en opslagen stegen fors, met name in het laatste kwartaal.
Door de sterke verwevenheid van de internationale economieën werden alle delen van de wereld hard en snel geraakt. Ook in Nederland met haar open en internationale economie werden de gevolgen duidelijk merkbaar. De doorwerking van de crisis op de reële economie was in 2008 merkbaar door een afnemend consumenten- en producentenvertrouwen, verslechtering van de vermogenspositie van gezinnen en bedrijven en een haperende kredietverlening. Het aantal vacatures liep eind 2008 terug met 20 procent.
Ook Nederlandse financiële instellingen kregen het zwaar te verduren. Een aantal instellingen was niet in staat deze klappen zelf op te vangen. In het vierde kwartaal heeft de Nederlandse overheid dan ook geïntervenieerd in de financiële markten door het verstrekken van leningen, garanties aan financiële instellingen en het aangaan van deelnemingen. Door de interventies in de financiële sector is de staatsschuld flink opgelopen. De EMU-schuld is opgelopen van 42,0 procent BBP naar 58,2 procent BBP in 2008.