Ouders allochtone meisjes moeten dochters meer laten sporten
Gemeentelijke instellingen moeten ouders van allochtone meisjes oproepen hun dochters meer te laten sporten. Dit om overgewicht bij deze groep tegen te gaan. Dat is namens minister Rouvoet vanochtend tijdens het Congres Overgewicht in Utrecht uitgesproken.
De minister voor Jeugd en Gezin concludeert dat ernstig overgewicht een probleem is van 75.000 Nederlandse kinderen. Zo’n 360.000 jongeren zijn te dik. Dat is 14% van de jongens en 17% van de meisjes. Vooral jongeren uit gezinnen met een lage sociaaleconomische status en jongeren van allochtone afkomst. ‘Ik zie veel allochtone jongens sporten. Je ziet ook bij de grote voetbalclubs dat zij goed vertegenwoordigd zijn. Maar hoe zit het met de allochtone meiden? Waar sporten zij? Mogen zij wel sporten? Een goede vraag die menig ouder zichzelf zou moeten stellen’, aldus Rouvoet die wees op de gevolgen van (ernstig) overgewicht: suikerziekte, hart- en vaatziekten en gewrichtsklachten, gepest worden en depressieve klachten.
Een combinatie van gezond eten en voldoende beweging kan overgewicht bij jongeren tegengaan en voorkomen. Daarom wordt de komende jaren onder de naam Jongeren Op Gezond Gewicht (JOGG) in ons land gewerkt aan gezonde steden. Over vijf jaar moeten er in Nederland 75 gemeenten zijn waar de JOGG-aanpak is ingevoerd. Deze aanpak houdt in dat binnen een gemeente, instellingen als de GGD, scholen, bedrijven, sportclubs samenwerken aan één gemeenschappelijk doel: een gezonde gemeente voor de jeugd. Rouvoet: ‘Het goede van het convenant JOGG is dat de aanpak van overgewicht veel breder getrokken wordt dan alleen het voedingsgedeelte. Het gaat met deze aanpak dus niet alleen over de caloriën maar ook over bewegen en de leefomgeving en de interactie hier tussen. Zo is er aandacht voor de infrastructuur en de ruimtelijke ordening.’