Nieuwjaarstoespraak minister Verburg 2010

"We beginnen 2010 helaas met een crisis, de Q-koorts. Waarin er slachtoffers zijn aan twee kanten. Geitenhouders en hun gezin, en mensen die slachtoffer zijn van een relatief onbekende ziekte. En verdriet kun je niet tegen elkaar afwegen. Ieder lijden is uniek. Ik hoop desondanks dat wij in verbondenheid samen kunnen kijken naar de toekomst."

Toespraak door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, mevrouw G. Verburg, bij de nieuwjaarsreceptie, 11 januari 2010, Oranjerie, Den Haag.

Dames en heren,
Allereerst hartelijke gelukwensen voor het nieuwe jaar.

We beginnen dat jaar helaas met een crisis, de Q-koorts, waar we helaas nog een tijdje mee te maken krijgen. Hierin zijn er slachtoffers aan twee kanten. Geitenhouders en hun gezin, omdat zij op het oog gezonde dieren, waar ze vaak met veel inzet en toewijding voor zorgen, moeten offeren. Dat zijn drama's.
Mensen zijn slachtoffer omdat zij een relatief onbekende ziekte kunnen oplopen, waarbij genezing soms langer op zich blijft wachten. In zes gevallen bleef dat laatste zelfs uit. Dat doet verdriet.
En verdriet, de bisschop zei het in Den Bosch heel mooi, kun je niet tegen elkaar afwegen. Ieder lijden is uniek.

Ik hoop desondanks dat wij in verbondenheid samen kunnen kijken naar de toekomst.
Waarbij slachtoffers elkaars bondgenoten kunnen zijn, en naar ik hoop willen zijn, om uit de soms heel donkere tunnel te komen en weer licht en toekomstperspectief te zien. Dat licht creëren we met elkaar, waarbij vals licht in ieders belang voorkomen moet worden.

We maken nog een crisis mee. In Boskoop is de Aziatische boktor gevonden. Dat is voor omwonenden en ondernemers in de omgeving een grote bedreiging. Ook hier is bondgenootschap nodig voor perspectief.

Ondanks de grote zorgen hoort bij het leven óók, dat het gevierd wordt.
2010 is het jaar waarin ons ministerie een lustrum viert. Daar wens ik ons allemaal geluk mee. LNV bestaat 75 jaar. In al die jaren hebben heel veel mensen zich enorm ingezet. Voor de belangen van 16 miljoen mensen in Nederland en voor heel velen daarbuiten. Dagelijks ervaar ik, en velen buiten dit departement, hoe betrokken, verantwoord en professioneel LNV'ers opereren. Veel lof daarvoor, ik ben trots op u.

2010 is ook het jaar van de biodiversiteit, waar we eind deze maand nog uitgebreid bij stil zullen staan.

2010 is het jaar van nog veel en veel meer. Want LNV is het ministerie waar alles - mens, dier, markt en milieu - bij elkaar komt. Het is dus ook de ideale plek om kansen te benutten. Kansen liggen er in 2010, vooral op het terrein van innovatie voor verduurzaming, werken aan natuur en in de duurzame voedselproductie en -consumptie. Ik wil er een aantal noemen en ik begin bij het platteland.

Platteland
Recent werd onder grote verbazing gemeld dat 84% van alle mensen in ons land graag op het platteland zou willen wonen. Ik begrijp die verbazing niet. Het is toch volstrekt begrijpelijk. Driekwart van onze bevolking woont in de stad, maar zonder een vitaal platteland gaat dat niet. Zonder een economisch, natuurlijk en maatschappelijk vitaal platteland geen sterke steden, laat staan krachtwijken. Daar is ook mijn idee van topdorpen op gebaseerd.

Dorpen die vitaal zijn en waar gezinnen met jonge kinderen graag willen wonen. Omringd door groen en ruimte, waarin boeren en ondernemers zijn om ons dagelijks voedsel te produceren en tegelijkertijd het landschap onderhouden.
Met elkaar vormen zij het kloppend hart van gebieden die vaker te maken gaan krijgen met krimpende bevolking.
Ze dragen bij aan de gemeenschapszin, aan de lokale economie, het voorzieningenniveau, het onderwijs.
Zonder topdorpen geen krachtwijken.

Want het platteland is er niet alleen voor mooie natuur of om in te ontspannen, we hebben het ook nodig voor onze voedselproductie. We hebben het nodig om te kunnen leven.

Boer = natuurondernemer
Vorig jaar hebben we met LTO een bijeenkomst georganiseerd rond boeren die daarnaast pionieren met de aanleg en het beheer van natuur. Dat is natuur waar je ook in kunt recreëren. Ik heb het over boeren, die naast agrarische productie zich als natuurondernemer manifesteren. Dat zie ik zich graag sterk ontwikkelen.

Zo kunnen zij, met terreinbeherende organisaties nog meer bijdragen aan de Ecologische hoofdstructuur, of aan de aanleg en het beheer van recreatiegebieden rond de stad. Zulke mensen verdienen een beloning in plaats van een vergoeding. Zo kunnen boeren en terreinbeheerders en eigenaren hun bondgenootschap versterken. Als het gaat om natuur zoals de EHS dan zie ik graag minder competitie en confrontatie en meer coöperatie. Daar wint iedereen bij, vooral ook de natuur.

Daarnaast zien we dat de Nederlandse land- en tuinbouw zich ook op andere punten naar het hart van de maatschappij beweegt, en werk maakt van vernieuwing en verduurzaming. De vermaatschappelijking, het middenin de samenleving willen staan, is nodig en volop aan de gang. Dat vraagt echter wel om wederkerigheid vanuit de samenleving. Als boeren en tuinders de hand reiken naar de samenleving, dan mag van de maatschappij worden gevraagd meer oog te hebben voor de enorme bijdrage die wordt geleverd door het gehele agrocluster. Niet alleen de primaire sector, maar de hele voedselproductieketen is innovatief, duurzaam en ondernemend.
Het behoort tot de wereldtop en is tegelijkertijd van onmisbaar belang voor welzijn en welvaart van Nederland.
Herkenning, erkenning en maatschappelijke waardering zijn hierbij op zijn plaats. En natuurlijk: een goede prijs voor een goed product.

Groene kenniskolom
Laten we ook de grote waarde van onze groene kenniskolom niet onderschatten. Nederland is de op één na grootste exporteur van agrarische producten in de wereld. Die positie hadden we niet als we geen hoogstaande kennisinstellingen, als we niet blijvend zouden investeren in het groene onderwijs, en als er geen jongere generatie was die zich tot de groene sector voelt aangetrokken. Groen onderwijs is de motor achter een sterke sector. Daar ontkiemen oplossingen. Als we intelligent en creatief gebruik blijven maken van de vooraanstaande positie en het hooginnovatieve karakter van de landbouwsector, dan hebben we ook dit jaar weer veel oplossingen te bieden. Voor de voedsel-, water- en energiecrisis, maar ook voor milieu en klimaat.

Het is jammer dat Kopenhagen niet is geworden wat we hadden gehoopt. Toch is er winst geboekt. Mensen hebben nog scherper in beeld hoe belangrijk het is de koe bij de horens te vatten. Het klimaatprobleem beetpakken en oplossen gaat niet zonder het actief betrekken van sectoren, waaronder de landbouw en voedselproductie. Dat zal vóór Mexico goed tussen de oren moeten komen. Graag breng ik daarbij de resultaten van de 17e sessie van commissie voor duurzame ontwikkeling (CSD) van de VN onder de aandacht: het wiel is al uitgevonden!

Voedselverspilling
2010 wordt ook het jaar waarin we de aanval op afval inzetten. En met name voedselverspilling tegen gaan. Het is mijn ambitie om Nederland in 2025 in de wereldtop van meest duurzaam producerende en consumerende landen te zien opereren.
Daar hoort bij dat burgers de band met hun voedsel herstellen en koesteren.
Daar hoort bij dat iedereen bewust weet waar men voor kiest.
Daar hoort bij dat supermarkten verstandig omgaan met hun supermacht, gaan concurreren op duurzaamheid en geen prijzenoorlog meer voeren op vers. Voor alle spelers in de voedselketen zijn goede prijzen en een houdbare margeverdeling in de keten cruciaal.
En daar hoort bij dat we zelf, maar ook de voedingssector, minder voedsel verspillen. Twintig procent minder in 2015 om precies te zijn. Nu nog verspillen we ieder jaar 3,6 miljard euro aan voedsel. Twee miljard daarvan wordt door de keten verspild. En per Nederlands huishouden belandt iedere vijfde boodschappentas in de prullenbak.

Gaat u thuis maar eens na hoe u met minder kunt verspillen en daardoor een bijdrage levert aan klimaat en duurzaamheid. Ik heb zelf van één op mijn vijf boodschappentassen één op de vijftig gemaakt. Dat is een sport. Van ontkenning van verspilling naar een bewust gevecht ertegen.

Eén logo
Hoge verwachtingen heb ik van het Platform Verduurzaming Voedsel. We zijn er in geslaagd om de hele voedselketen bij dit thema te betrekken en ik ben heel blij dat we daarbinnen ook inhoudelijk kunnen spreken over iets dat mij na aan het hart ligt: één duurzaamheidsinformatiesysteem. Dat moet een systeem worden waarmee supermarktklanten straks snelle, weloverwogen duurzaamheidskeuzes kunnen maken inzake milieu, dierenwelzijn, eerlijke handel, watergebruik etcetera.

Niet alleen de voedselbranche, maar ook andere organisaties zullen hierin moeten investeren. Dus ook de NGO's. Hun expertise hebben we hier hard bij nodig. Ik nodig hen hiervoor graag uit. Belangrijk is dan wel dat zij met één mond willen en kunnen spreken.
Want zo'n operatie - die zich gemakkelijk laat eisen maar moeilijk laat realiseren - vraagt wel om coöperatie in plaats van confrontatie.

Meer scharrelvlees in het schap
Met de supermarkten heb ik zojuist gesproken over de mogelijkheid meer scharrelvlees in het schap te krijgen.

Ik begin ongeduldig te worden, dat mag u best weten.

Ieder jaar 15% meer duurzame dierlijke producten op de markt. Dáár tekenden we vorig jaar voor, óók de supermarktkoepel CBL en de cateraars. Met de scharrelkip en het kalfsvlees gaat het goed, maar vanmiddag ging het om scharrelvarkensvlees. Vlees met één van de drie sterren van de Dierenbescherming.

We hebben afgesproken dat de verschillende partijen over drie maanden met een plan komen.

Ik heb ook de marketing aan de orde gesteld. Stunten met versproducten is kwetsbaar. Consumenten vragen om duurzaamheid. Dát is waar bedrijven met elkaar op moeten concurreren.

Visserij
LNV, dames en heren, brengt veel samen. Het is vlees én vis. Op visserijgebied is veel in beweging en beroering. Dat is niet uitzonderlijk. Kotters, mossels, paling, garnalen, het vraagt allemaal maatwerk wil er toekomst kunnen blijven.
Trots ben ik op de uitvoering van het mosselconvenant. In plaats van te strijden, wordt er prima samengewerkt, zowel over de bescherming van kwetsbare natuur als over de economische kant. Zo versterken partners elkaar. Een groter contrast met het jaar daarvoor is bijna niet denkbaar.
Bovendien zijn er tientallen innovatieprojecten gestart om de visserij duurzamer en rendabeler te maken, dat alles in de boezem van het Visserij Innovatieplatform. Plus samenwerkingsprojecten rond ondernemerschap, certificering, scholing.

Op het Europese speelveld moeten we als belangrijk visserijland goed positie kiezen. Ik ben dan ook blij dat we eind vorig jaar, na een langdurige en intensieve consultatie, de visie voor het nieuwe Europese visserijbeleid hebben kunnen presenteren.

Het zijn geen geringe ambities. Duurzaam gebruik van natuurlijke hulpbronnen en ecosystemen in zee. Instandhouding daarvan. En perspectief voor de visserijsector, die uiteraard steeds duurzamer gaat produceren. Nederland is bezig met een enorme inhaalslag. We zijn opgerukt naar plaats twee wereldwijd als het gaat om Marine Steward Ship Council gecertificeerde vis in onze supermarkten. Hulde en waardering voor de visserijsector, de keten en de supermarkten.

VWA en Dienst Regelingen
Ik kom terug op de Q-koorts. Het is de kunst om in de crisis aan de positieve punten vast te houden. De nieuwe VWA (die bestaat uit de oude VWA, de AID en de PD) heeft bewezen dat mensen, professionals, uitstekend kunnen samenwerken. Een groot compliment aan de VWA'ers die er in zijn geslaagd om de krachten die zij in huis hebben effectief te bundelen en te benutten in een crisis die veel vergt van vakmanschap en omgaan met emoties.

Ook de mensen van de Dienst Regelingen leveren een forse prestatie. Zij staan in de voorhoede in contacten met gebruikers van regelingen. DR is er, als enige betaalorgaan in Europa, in geslaagd om voor 31 december 86% van de boeren de volle 100% van de toeslagregeling uit te betalen.

Ik noem hier ook onze LNV'ers die in veel buitenlanden uw en onze belangen behartigen. Zij doen dat toegewijd en deskundig en zeer gemotiveerd.

Dames en heren,

Ik heb enkele delen van LNV hier genoemd. Maar u weet dat de kracht van LNV zit in al onze mensen. Al die LNV'ers die zich iedere dag weer met hart en ziel willen inzetten voor de belangen van 16 miljoen Nederlanders en heel veel mensen over de grens.
Met zoveel goede mensen, en kansen voor het oprapen, wordt het een mooi jaar. Zowel in het verduurzamen van de voedselsector als in de natuur en op het platteland. Laten we die kansen samen pakken.

Graag hef ik met u het glas. We vieren het nieuwe jaar en we vieren het leven, dat elke dag weer het moeite van het vieren waard is.
Cheers!