Vaste verandermomenten voor alle wet- en regelgeving
De twee vaste verandermomenten voor wetten en AMvB's (1 januari en 1 juli) die al gelden voor bedrijven en instellingen worden uitgebreid naar alle wetten en AMvB's. Deze verbreding van VVM geldt voor wet- en regelgeving waarvan de voorbereiding wordt gestart op of na 1 januari 2010
Zo kunnen ook andere doelgroepen als burgers, bedrijven, publieke professionals en medeoverheden profiteren van meer duidelijkheid over de momenten waarop wet- en regelgeving wordt ingevoerd of wijzigt die voor hen relevant is. Voor ministeriële regelingen komen er vier momenten: 1 januari, 1 april, 1 juli en 1 oktober. De ministerraad heeft hiermee ingestemd op voorstel van minister Hirsch Ballin van Justitie en de staatssecretarissen Heemskerk van Economische Zaken, De Jager van Financiën en Bijleveld-Schouten van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.
Dit betekent dat mensen en organisaties die vanuit hun persoonlijke situatie veel contact hebben met de overheid (bijvoorbeeld voor sociale voorzieningen), meer zekerheid hebben wanneer regels kunnen wijzigen. Ze kunnen zich voorbereiden op de veranderingen waardoor onnodige administratieve rompslomp wordt voorkomen. Ook professionals werkzaam in de openbare sector, zoals politieagenten, profiteren van de zogenoemde vaste verandermomenten. Zij hebben in hun werk veelvuldig te maken met veranderende wetten en regelingen. Doordat hier nu minder administratief werk uit voortkomt, kunnen zij meer tijd besteden aan hun 'echte' werk.
De uitbreiding van verandermomenten past in ambitie van het kabinet om op korte termijn de dienstverlening van de overheid te verbeteren en overbodige regels voor burgers, bedrijven en overheidsinstellingen te schrappen.