Rechter keurt vliegbelasting goed
Op woensdag 19 maart heeft de kortgeding rechter in Den Haag geoordeeld dat de vliegbelasting die per 1 juli aanstaande wordt ingevoerd doorgang kan vinden.
Het kort geding was aangespannen door BARIN (Board of Airline Representatives in the Netherlands) Schiphol, ANVR en regionale luchthavens tegen het ministerie van Financiën. Kern van het geschilpunt was of de vliegbelasting onmiskenbaar in strijd is met het verdrag van Chicago (burgerluchtvaart) en het vrij verkeer van diensten (EG-verdrag). In beide gevallen oordeelde de rechter dat dit niet het geval is.
De vliegbelasting kent twee tarieven. Dat van 11,25 € voor een EU-lidstaat (continentaal) of bestemming op maximaal 2500 kilometer vliegafstand en een tarief van 45 € voor overige bestemmingen.