Reactie minister Ter Horst op RTL-uitzending over toelagen en declaraties politietop
Minister Ter Horst is onaangenaam getroffen door het beeld dat oprijst uit het overzicht van toelagen en declaraties bij de top van de Nederlandse politie.
De minister is al met het Korpsbeheerdersberaad in overleg om de verschillen in arbeidsvoorwaarden voor de top van de Nederlandse politie gelijk te trekken. Daarbij zal uiteraard de zogenoemde Balkenende-norm het maximum blijven, en wordt ook gekeken naar de regels die gelden voor topambtenaren bij het rijk.
Op de declaraties van de (plv.) korpschefs zal Ter Horst de korpsbeheerders aanspreken. Het uitgangspunt daarbij is dat gedeclareerde kosten die niet binnen de regels passen, terugbetaald moeten worden.
De regels voor wat mogelijk is aan toelagen en declaraties voor mensen in de top van de politie, zijn op zichzelf duidelijk en strikt. Ze zijn vastgelegd in regelgeving en beschreven in het beleidskader arbeidsvoorwaarden politietop. De geest daarvan is: terughoudendheid. Bovendien moet er voor elke toelage of declaratie een goede reden zijn, zodat de betaling maatschappelijk verantwoord is.
Maar binnen die regels is er wel ruimte. Bij het toepassen van die regels komt het aan op de beoordeling door de korpsbeheerder (de burgemeester in de centrumgemeente van een politieregio). In het verleden zijn er daardoor verschillen ontstaan. Ook zijn er in het verleden individuele afspraken gemaakt die nu nog doorlopen, maar niet passen binnen de huidige regels; bijvoorbeeld over woonvergoedingen of belastingcompensatie.
De minister wil bij het bureau van de Algemene Bestuursdienst (ABD) een 'toppolitiegroep' oprichten. Die gaat centraal niet alleen werving en selectie verzorgen (dat gebeurt nu ook al) maar ook zaken als ontslag, beloning en uitvoering van de rechtspositie behandelen. De korpsbeheerders blijven eindverantwoordelijk voor hun eigen korpsleidingen, maar de ABD kan hun wel beter adviseren.