Reactie motie BTW en energiesector

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG

Betreft: Tweede Kamer, vergaderjaar 2006-2007, 30 804, nr. 24; motie van het lid Crone
Ons kenmerk: DGB/2008/4905 U

Geachte voorzitter,

Onder verwijzing naar bovengenoemde motie informeer ik u als volgt.

Aanleiding

Op de geliberaliseerde kleinverbruikersmarkt voor energie worden door afzonderlijke ondernemers prestaties verricht aan de afnemers. De levering van energie wordt verricht door de energieleverancier terwijl de aansluiting op het net alsmede het transport van energie worden verzorgd door de netbeheerder.

Binnen het door de sector beoogde leveranciersmodel machtigt de afnemer van energie de leverancier om namens hem de aansluit- en transportovereenkomst met de netbeheerder te sluiten. De leverancier verstrekt één geïntegreerde factuur ter zake van zowel de levering als de aansluit- en transportkosten.

Motie

Tijdens de mondelinge behandeling in de Tweede Kamer van het Belastingplan 2007 is door het lid Crone een motie ingediend betreffende de facturering en btw-afwikkeling in de energiesector.

De motie behelst het verzoek aan de regering om vooralsnog toe te staan dat binnen de energiesector de leverancier de verantwoordelijkheid neemt voor de btw-afwikkeling voor zowel de transport- als de leveringskosten. Tevens wordt de regering verzocht deze wijze van btw-afwikkeling ter goedkeuring voor te leggen aan de Europese Commissie.

Op basis van deze motie is het de energiesector tot nader order toegestaan de facturering en btw-afwikkeling in te richten conform de door de motie beoogde handelwijze.

Europese Commissie

Bij brief van 15 maart 2007 is deze wijze van facturering en btw-afwikkeling binnen de energiesector voorgelegd aan het Directoraat-generaal Belastingen en douane-unie van de Europese Commissie.

In zijn reactie van 25 juli 2007 geeft de Europese Commissie aan dat onderhavige kwestie ter consultatie dient te worden voorgelegd aan het BTW-Comité. Na een korte inhoudelijke beoordeling van de casus geeft de Europese Commissie vervolgens aan dat hij zich niet in de beoogde wijze van facturering en btw-afwikkeling kan vinden. De Europese BTW-richtlijn staat een dergelijke handelwijze niet toe.

BTW-Comité

Bij brief van 7 november 2007 is de kwestie ter agendering voorgelegd aan de voorzitter van het BTW-Comité. Tijdens de vergadering van het BTW-Comité van februari 2008 heeft plenaire bespreking plaats gevonden. Na introductie door de Europese Commissie en een nadere toelichting door de Nederlandse delegatie hebben diverse delegaties geïntervenieerd. Daarbij is gebleken dat geen van de lidstaten de voorgestelde wijze van facturering en btw-afwikkeling ondersteunt. De algehele opinie is dat een dergelijke handelwijze op basis van de Europese BTW-richtlijn niet is toegestaan.

De voorzitter heeft geconcludeerd dat de voorgestelde wijze van facturering en btw-afwikkeling door het BTW-Comité is afgewezen.

Tot slot

Met het bovenstaande is uitvoering gegeven aan genoemde motie.

In de reguliere contacten tussen het ministerie van Financiën/Belastingdienst en de energiesector is deze op de hoogte gebracht van het resultaat van de raadpleging van de Europese Commissie respectievelijk het BTW-Comité.

Ik heb de energiesector doen berichten dat gezien het vorenstaande aan de vooralsnog toegestane afwijking van de facturering een einde moet komen. De voor de energiesector bevoegde inspecteur zal daarvoor in overleg met de betreffende bedrijven een datum bepalen. Daarbij zal er rekening mee worden gehouden dat op dit moment wordt gewerkt aan een wijziging van de facturering in de sector.

Hoogachtend,

De Staatssecretaris van Financiën,

mr. drs. J.C. de Jager