Omzetbelasting; overdracht CO2-emissierechten
Belastingdienst/Centrum voor proces- en productontwikkeling, Sector brieven & beleidsbesluiten
Besluit van 14 juli 2009, nr. DGB2009/3897M
De staatssecretaris van Financiën heeft het volgende besloten.
In dit besluit wordt het standpunt ingenomen dat bij de overdracht van CO2-emissierechten de heffing van omzetbelasting kan worden verlegd naar de afnemer.
1. Inleiding
De toenemende onzekerheid bij afnemers van CO2-emissierechten over het geldend kunnen maken van het recht op aftrek, onder andere als gevolg van mogelijke btw-carrouselfraude, is aanleiding tot het treffen van een maatregel. Die maatregel houdt in dat de verleggingsregeling kan worden toegepast ter zake van de overdracht van CO2-emissierechten.
2. Begrip emissierechten
Met Richtlijn 2003/87/EG van 13 oktober 2003 is een regeling vastgesteld voor de handel in broeikasgasemissierechten (ook wel genoemd CO2-emissierechten, hierna verder: emissierechten) binnen de Europese Gemeenschap. De Richtlijn draagt ertoe bij dat de Europese Gemeenschap en haar lidstaten door middel van een efficiënte Europese markt voor emissierechten doeltreffender en met een zo gering mogelijke teruggang van de economische ontwikkeling en de werkgelegenheid voldoen aan de aan hun uit hoofde van het Protocol van Kyoto gestelde verplichtingen.
Bij wet van 30 september 2004, Stb. 2004, 511, tot wijziging van de Wet milieubeheer en enige andere wetten, is richtlijn 2003/87/EG geïmplementeerd. Bij besluit van de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer van 17 december 2004 worden terzake nadere regels gesteld.
Een emissierecht is een van overheidswege verstrekt en overeenkomstig de bepalingen van richtlijn 2003/87/EG overdraagbaar recht om, uitsluitend teneinde aan de eisen van die richtlijn te voldoen, gedurende een bepaalde periode één ton kooldioxide-equivalent uit te stoten. Kenmerk van een systeem van handel in emissierechten is dat het emissierecht verhandelbaar is en niet de emissie zelf.
In het kader van dit besluit wordt mede als emissierecht aangemerkt de zogenaamde Emission Reduction Units (ERU), Certified Emission Reductions (CER), European Union Allowances (EUA), Verified Emission Reductions (VER) alsmede alle daarmee vergelijkbare emissierechten.
3. Heffing van omzetbelasting; verlegging van heffing
Er wordt wel het standpunt verdedigd dat de overdracht van emissierechten een vrijgestelde handeling is. Daarbij wordt verwezen naar artikel 135, eerste lid, onderdeel f, van de BTW-richtlijn. Waar het de handel in emissierechten betreft, zijn er sterke aanwijzingen dat er fraude wordt gepleegd met de omzetbelasting die bij de handel in emissierechten in rekening wordt gebracht. Het betreft hier de zgn. btw-carrouselfraude waarbij de in rekening gebrachte omzetbelasting niet op aangifte wordt voldaan terwijl de afnemer die belasting wel op zijn aangifte in aftrek brengt. Dit fenomeen doet zich ook voor bij andere EU-landen waar emissierechten worden verhandeld. Dit is aanleiding geweest voor die landen zich te bezinnen op de positie van emissierechten waar het gaat om de heffing van omzetbelasting.
Als omzetbelasting in rekening wordt gebracht op een factuur kan bij (carrousel)fraude het recht op aftrek worden geweigerd als aan de hand van objectieve elementen wordt vastgesteld dat een ondernemer wist of had moeten weten dat hij door zijn aankoop deelnam aan een transactie die onderdeel uitmaakt van een BTW-(carrousel)fraude. (Hof van Justitie EG, 6 juli 2006, zaken ‘Axel Kittel’ (C-439/04) en ‘Recolta Recycling BVBA’ (C-440/04)). Een en ander leidt tot onzekerheid bij de afnemers van emissierechten inzake het recht op aftrek van de in rekening gebrachte omzetbelasting. Dat kan de reguliere handel in die rechten ernstig belemmeren.
Teneinde die onzekerheid bij afnemers weg te nemen en daarmee vanuit fiscaal oogpunt de handel in emissierechten ongestoord te laten plaatsvinden, heb ik besloten dat de heffing van omzetbelasting ter zake van de overdracht van die rechten kan plaatsvinden met toepassing van de verleggingsregeling. Deze regeling houdt in dat de ondernemer die tegen betaling emissierechten overdraagt terzake geen omzetbelasting vermeldt op de factuur die hij uitreikt. Die ondernemer kan volstaan met het op de factuur opnemen van de vermelding ‘omzetbelasting verlegd’. De afnemer van de emissierechten zal dan de verschuldigde omzetbelasting in zijn aangifte opnemen als door hem verschuldigde omzetbelasting. Op die zelfde aangifte kan die omzetbelasting op de voet van artikel 15 van de Wet op de omzetbelasting 1968 in aftrek worden gebracht.
De verleggingsregeling kan mede toepassing vinden ter zake van de overdrachten van emissierechten die hebben plaatsgevonden vóór de inwerkingtreding van dit besluit, maar ter zake waarvan de facturering eerst plaatsvindt na het tijdstip van de inwerkingtreding.
4. Ingangsdatum
Dit besluit treedt in werking met ingang van de eerste dag na de dag waarop dit besluit bekend is gemaakt op de site van het Ministerie van Financiën.
Dit besluit zal in de Staatscourant worden geplaatst.
Den Haag, 14 juli 2009,
de staatssecretaris van Financiën,
mr.drs. J.C. de Jager