Waterschappen slaan verkiezing over door tussentijdse fusie
Waterschappen die tussentijds fuseren mogen de eerstvolgende reguliere waterschapsverkiezingen overslaan. Dit heeft tot gevolg dat de zittingstermijn van een nieuw waterschapsbestuur kan oplopen tot zes jaar. De ministerraad heeft er op voorstel van staatssecretaris Tineke Huizinga van Verkeer en Waterstaat mee ingestemd dat tussentijds gefuseerde waterschappen niet mee hoeven te doen aan de ‘landelijke’ waterschapsverkiezingen die eens in de vier jaar worden gehouden.
Sinds de modernisering van de Waterschapswet houden alle waterschappen op hetzelfde moment verkiezingen. In november 2008 vonden op deze manier voor het eerst de waterschapsverkiezingen plaats.
Uitgangspunt van de wet is dat fusies plaatsvinden bij de reguliere bestuurswisselingen. Dit is echter niet altijd mogelijk. Ook tussentijds fuseren is daarom niet uitgesloten. Volgens de wet moet een tussentijds ingesteld waterschap ook weer meedoen met de eerstvolgende reguliere verkiezingen van alle waterschapsbesturen. Dit is zowel richting burger als vanuit bestuurlijk, organisatorisch en financieel oogpunt ongewenst, omdat de verkiezingen te kort op elkaar volgen.
Dit besluit heeft op korte termijn gevolgen voor de Zeeuwse waterschappen. Per 1 januari 2011 fuseren de twee Zeeuwse waterschappen Zeeuws-Vlaanderen en Zeeuwse Eilanden tot de ‘Scheldestromen’. Eind 2010 verkiezingen worden voor het bestuur van de Scheldestromen verkiezingen gehouden. De Scheldestromen kunnen door deze wetswijziging de reguliere waterschapsverkiezingen in 2012 overslaan. Het overslaan van de reguliere waterschapsverkiezingen zal ook gelden voor eventuele toekomstige andere tussentijdse fusies.