Sociale criteria voor duurzaam inkopen
De ministerraad heeft op voorstel van minister Cramer van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, minister Donner van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en minster Koenders voor Ontwikkelingssamenwerking ingestemd met een aantal internationale sociale criteria voor duurzaam inkopen. De sociale criteria zijn een aanvulling op de al eerder dit jaar vastgestelde milieucriteria. De rijksoverheid gaat per 1 januari 2010 voor 100 procent duurzaam inkopen.
De sociale criteria zullen bestaan uit het toepassen van de mensenrechten en de vier fundamentele normen (bijvoorbeeld bescherming tegen kinderarbeid en discriminatie) van de internationale arbeidsorganisatie ILO bij alle aankopen van de overheid. Aanvullende ILO-normen (redelijke werktijden, veilige werkplek, leefbaar loon) en de fair trade-norm voor een eerlijke prijs zullen voor een nader te bepalen beperkt aantal producten gaan gelden. Dit zullen producten zijn waarvoor een keteninitiatief, zoals Max Havelaar, bestaat.
Aan leveranciers zal worden gevraagd deze normen te onderschrijven en naar vermogen in de internationale productieketen te gebruiken. Transparantie van het ketenbeheer door de leverancier is het uitgangspunt. Dit sluit aan bij de aanbeveling van de SER over internationaal maatschappelijk verantwoord ondernemen. Klachten uit de maatschappij over vermeende onvoldoende inspanning bij naleving van de normen kunnen bij de opdrachtgever worden ingediend.
Het kabinet zal de administratieve lasten die het toepassen van sociale en milieucriteria met zich meebrengt, nader laten onderzoeken en daarover advies inwinnen.