Persconferentie na ministerraad van 9 oktober 2009
Minister-president Balkenende deelde na afloop van de ministerraad mee dat ontpoldering van de Hedwigepolder onontkoombaar is. Verder sprak hij over de loonontwikkeling, waarbij het kabinet inzet op een nullijn voor alle cao's.
Goedemiddag dames en heren, we hadden vandaag de nodige zaken te bespreken in de Ministerraad. Ik zal enkele punten belichten.
Laten we beginnen met de Westerschelde. De eerst verantwoordelijke minister Verburg heeft zo-even al enkele opmerkingen daarover gemaakt. Laat ik het volgende daarover zeggen. We hebben de afgelopen maanden gekeken naar mogelijkheden om tot een oplossing te komen voor de natuurcompensatie, het natuurherstel. En u weet dat ook een consortium, dan verwijs ik naar Grontmij, onderzoek verricht naar de mogelijkheden van de buitendijkse oplossing. Ze hebben er naar gekeken en de bevinding was dat er oplossingen weliswaar geboden kunnen worden, maar dat de oplossing onvoldoende soelaas biedt en dat het Westerscheldegebied onvoldoende andere mogelijkheden biedt. Daarmee was een probleem ontstaan om voor die variant te kiezen. Vervolgens heeft de provincie Zeeland meegedacht en heeft een aanbod gedaan om te komen tot een aantal extra hectaren om daarmee bij te dragen aan de mogelijkheid van het buitendijkse natuurherstel. Maar ook daarvan stelt Grontmij vast dat het onvoldoende soelaas biedt. Op basis van die analyse komen wij dan tot het besluit van 17 april. Toen hebben we gezegd: de voorkeursvariant is de buitendijkse oplossing, maar toen hebben we ook gezegd: maar wanneer dat op grond van internationaal rechterlijke aspecten onmogelijk is, dan kiezen we voor de mogelijkheid van ontpolderen. Wat zich nu voordoet dat is dat de mogelijkheden van de buitendijkse oplossing onvoldoende soelaas bieden en daarmee komen we ook in een juridisch kwetsbaar vaarwater. Tegen die achtergrond hebben wij besloten om over te gaan tot de ontpoldering. Dat doen we uiteraard met inachtneming van alle gevoelens die leven, in de Tweede Kamer en in Zeeland. Juist omdat er in de Tweede Kamer een duidelijke meerderheid was tegen ontpolderen hebben we het besluit genomen om te kijken naar alternatieve mogelijkheden. We hebben alles in het werk gesteld om te kijken naar de alternatieve mogelijkheid, maar we moeten ook vaststellen dat dat nu niet lukt. Ik ga ervan uit dat de Tweede Kamer ook hierin ons zal volgen.
Uiteraard hebben we begrip voor de gevoelens in de provincie Zeeland. We kennen de gevoelens in deze provincie en ik ken het zelf als geen ander. We moeten ook met elkaar vaststellen dat nadat alles in het werk is gesteld om te werken aan alternatieven, moeten we ook vaststellen dat op het ogenblik dat onvoldoende soelaas biedt en dan is het ook zaak om een knoop door te hakken. Dat is ook nodig in relatie tot onze internationale verplichtingen. U weet, we hebben gezegd: er zijn verdragsrechterlijke verplichtingen met België om over te gaan tot uitdieping van de Westerschelde en daar is dit mee verbonden. U weet dat we in deze situatie terecht zijn gekomen ook omdat de Raad van State een uitdieping vooralsnog onmogelijk heeft gemaakt en we hopen uiteraard dat dit snel tot veranderingen zou kunnen leiden, maar daar hangt het ook mee samen. We hechten ook zeer aan de goede contacten met Vlaanderen. Om die reden heb ik ook inmiddels contact gehad met mijn collega Kris Peeters en ik heb hem ook verteld wat er in het Nederlands kabinet aan de orde is geweest. Dit wat betreft de Westerschelde.
Tweede punt waar ik aandacht voor zou willen vragen, dat is de loonontwikkeling. We zitten in een tijd waarin de economie zwaar tegenzit, waarin de werkloosheid oploopt, waarin we ons zorgen moeten maken om de concurrentiepositie en we hebben te maken met forse overheidsproblemen wat betreft de financiën. Tegen die achtergrond is het goed om nog eens aan te geven dat de nullijn van grote betekenis is, in de private sector en in de publieke sector. Dat raakt dus de onderhandelingen waar minister Ter Horst een eerste verantwoordelijkheid in heeft. Het komt er nu op aan dat we ook voor solidariteit kiezen. Ook van de publieke met de private sector. Daar neemt de werkloosheid fors toe. Maar ook zelf hebben we te letten op een evenwichtige loonontwikkeling en dus is er alles voor te zeggen juist te kiezen voor die nullijn.
Een volgend punt wat ik zou willen noemen is de AOW. Minister Donner en staatssecretaris Klijnsma hebben ons verteld over de voortgang van hun werkzaamheden. Ze zijn er druk mee bezig. We hebben er ook vandaag met elkaar over gesproken. En we willen volgende week de zaak uiteraard afronden. Belangrijk om ook helderheid te bieden ten aanzien van de visie van het kabinet nu de Sociaal-Economische Raad niet tot een eensluidend standpunt is kunnen komen. Maar goed, zoals gezegd, daar zullen we volgende week ons opnieuw over beraden.
En tenslotte een laatste opmerking over president Obama. We hoorden vandaag dat hij de Nobelprijs voor de Vrede heeft gewonnen. We wensen hem daar van harte geluk mee. Het is een president met grote ambities. Hij is bindend bezig. Dat hebben we kunnen vaststellen op verschillende fronten. Iemand die bevlogen spreekt over die delen in de wereld waar problemen ontstaan. Weet ook wat zijn inzet is om te komen tot meer vrede en veiligheid in de wereld en ik denk ook dat het een geweldige stimulans voor hem is om op de ingeslagen weg voort te gaan. Dus op deze plaats opnieuw een hartelijke gelukswens aan president Obama.