Jeugdzorg zal ingrijpend worden veranderd
De zorg voor kinderen kan veel beter in onze samenleving. Er moet minder vanzelfsprekend een beroep gedaan worden op gespecialiseerde hulp bij opvoed- en opgroeiproblemen. Met lichte hulp en advies kunnen gezinnen en hun sociale netwerk veel problemen zonder gespecialiseerde zorg oplossen.
De jeugdzorg zal vanaf 2010 ingrijpend worden veranderd, stelt minister Rouvoet vandaag in een toespraak aan de Vrije Universiteit in Amsterdam. Rouvoet: "Ik verwacht van alle betrokkenen dat zij daarin meegaan in het belang van de kinderen. De zorg voor jeugd kan veel beter. Om dat te bereiken mag wat mij betreft alles ter discussie worden gesteld."
Omslag
Rouvoet benadrukt dat er in de sector hard wordt gewerkt en dat heel veel jongeren daarmee goed geholpen zijn. Veel verbeteringen zijn in de afgelopen jaren binnen de bestaande kaders in gang gezet en gerealiseerd. Maar sommige problemen laten zich daarbinnen niet oplossen. Prominent is de groeiende vraag naar gespecialiseerde vormen van jeugdzorg. Daarin moet een omslag komen. Voor ‘gewone’ opvoed- en opgroeiproblemen moet minder snel en vanzelfsprekend worden aangeklopt bij zwaardere vormen van zorg.
"Niet iedere opvoedvraag hoeft een vraag om jeugdzorg te worden", stelt Rouvoet. Met lichte hulp en advies kunnen gezinnen en hun sociale netwerk veel problemen zonder gespecialiseerde zorg oplossen. Het fundament voor deze omslag is al gelegd met de Centra voor Jeugd en Gezin in alle gemeenten.
Meervoudig
Het zorgaanbod voor jongeren met complexe meervoudige problemen moet worden verbeterd. Nu behandelen zorgverleners dit soort jongeren vaak vooral vanuit hun eigen vakgebied, bijvoorbeeld psychiatrisch of orthopedagogisch. Terwijl voor deze jongeren juist een zorgaanbod nodig is waarin disciplines intensief samenwerken.
Evaluatie Wet op de Jeugdzorg
Begin 2010 komt minister Rouvoet met een kabinetsstandpunt over de toekomst van de jeugdzorg. Centraal daarin is: welke zorg hebben jongeren met problemen nodig en hoe organiseren wij dat aanbod? Bestuurlijke en financiële consequenties moeten daarvan een afgeleide zijn.