Nieuwe EU-strategie Jeugd 2010-2018
De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
DJenG 2942402
1 september 2009
Geachte voorzitter,
In Europees verband wordt een nieuwe samenwerkingsstrategie op jeugdgebied voorbereid voor de periode 2010-2018. Bij brief van 15 juni 2009 bent u hierover geïnformeerd met een BNC-fiche (Tweede Kamer 2008-2009, 22112, nr. 879). Ook de Jeugdconferentie van 12 tot en met 14 september 2009 in Stockholm, waarvan de DG-vergadering onderdeel uitmaakt, staat in het teken van de toekomstige EU-samenwerking. Op uw verzoek, informeer ik u bij deze over de agenda, deelname en inzet van Nederland op die conferentie.
Nieuwe EU-strategie jeugd 2010-2018 in voorbereiding
In de kern gaat het om de vraag op welke wijze de Europese lidstaten het komende decennium gaan samenwerken op het terrein van jeugd – de commissie stelt een vernieuwde, flexibele vorm van de open coördinatiemethode voor – én op welke prioritaire onderwerpen gepland in de tijd Europees zal worden samengewerkt.
Samenwerking: flexibele vorm van open coördinatie
Zoals u bekend is, valt het jeugdbeleid niet onder de wetgevende bevoegdheid van de Europese Unie. Wel is er een bevoegdheid van de Europese Commissie om de lidstaten te ondersteunen. Sedert 2001 werken de lidstaten op het jeugdterrein samen via de zogenoemde Open Coördinatie Methode (OMC). Deze werkwijze houdt in dat na consultaties van de partners in het veld prioritaire onderwerpen worden benoemd waarop wordt samengewerkt. Die samenwerking behelst ondermeer uitwisselen van informatie en leren van goede praktijkvoorbeelden. Voor het komend decennium stelt de Commissie een meer flexibele OMC voor, een vereenvoudigde OMC-rapportage en een sterkere relatie van de OMC met beleidsgebieden van het Europese Jeugdpact.
Nederland ziet het belang van het leren van goede ervaringen uit andere landen en kan zich op hoofdlijnen vinden in de voorgestelde vereenvoudigde OMC-rapportage. Verder vindt Nederland het van belang dat Europese samenwerking rond jeugd vrijwillig blijft, de vernieuwde OMC geen nieuwe statistische verplichtingen met zich meebrengt en dat elk land los van de prioritaire onderwerpen waarop wordt samengewerkt zijn eigen prioriteiten kan blijven stellen en daaraan werken.
Prioritaire onderwerpen van samenwerking
Na intensieve consultatie van het veld heeft de Commissie de volgende onderwerpen geïnventariseerd waarop de komende jaren Europees kan worden samengewerkt: onderwijs, werkgelegenheid, ondernemerschap, gezondheid en sport, participatie, sociale inclusie, vrijwilligerswerk, jongeren en de wereld.
Nederland kan zich vinden in deze onderwerpen. Vanwege de actuele economische crisis en met het oog op participatie is het van belang in de samenwerking voorrang te geven aan bestrijding van jeugdwerkloosheid en het voorkomen van schooluitval. In het aanvullend Beleidsakkoord hebben wij in Nederland daarom ook op deze onderwerpen extra ingezet. Ook de intersectorale aanpak van het jeugdbeleid is belangrijk, we moeten de voor jeugd relevante beleidsterreinen als zorg, onderwijs, werk en inkomen beter zien te verbinden. In het kader van het programmaministerie voor Jeugd en Gezin doen wij daar in Nederland goede ervaringen mee op.
OJC-raad van 27 november 2009
Tijdens de Onderwijs, Jeugd en Cultuurraad (OJC) van 27 november 2009 zullen de Europese Jeugdministers besluiten over de nieuwe jeugdstrategie 2010-2018. Hiertoe wordt de komende maanden onder Zweeds voorzitterschap in raadswerkgroepen een Raadsresolutie voorbereid. De door de Commissie voorgestelde flexibele OMC zal daarbij worden geconcretiseerd, ook zal mogelijk een beperkte herschikking van de door de Commissie voorgestelde acht prioritaire onderwerpen, alsmede een planning van deze onderwerpen voor de komende jaren worden voorgesteld.
Jeugdconferentie Stockholm
Bijgevoegd ontvangt u ter informatie de voorlopige agenda van de Jeugdconferentie in Stockholm. Het programma voorziet in uitwisseling van informatie, discussie tussen jongeren, experts en ambtenaren over de gewenste Europese samenwerking rond jeugd. De conferentie is onderdeel van de zogenoemde structurele dialoog met Europese jongeren en hun organisaties om tot een gedeelde visie te komen over de Europese samenwerking. Onderdeel van de conferentie is een aparte bijeenkomst van de eerst verantwoordelijke ambtenaren voor het jeugdbeleid in de lidstaten. Die bijeenkomst heeft een oriënterend en opiniërend en geen besluitvormend karakter. De inzet van de ambtelijke vertegenwoordigers op de conferentie in Stockholm is overeenkomstig deze brief én het eerder genoemde BNC-fiche van 15 juni 2009 aan uw Kamer. Nederland wordt op de conferentie vertegenwoordigd door het programmaministerie voor Jeugd en Gezin, de Permanente Vertegenwoordiging uit Brussel én de Nationale Jeugdraad. Mocht de definitieve agenda, die op dit moment nog niet beschikbaar is, daartoe aanleiding geven, zal ik u nog nader informeren.
Hoogachtend,
de Minister voor Jeugd en Gezin,
mr. A. Rouvoet