Verhagen: beknotting godsdienstvrijheid onaanvaardbaar
De positie van minderheden met een afwijkende godsdienst of levensbeschouwing staat steeds meer onder druk. Dat constateerde minister Verhagen vanmiddag tijdens een ontmoeting met Asma Jahangir, de Speciaal Rapporteur van de Verenigde Naties voor de Vrijheid van Godsdienst en Levensbeschouwing.
'Vrijheid van godsdienst en levensbeschouwing is een lakmoesproef voor de algemene mensenrechtensituatie in een land', verklaarde minister Verhagen (Buitenlandse Zaken). 'Daaraan mag niet worden gemorreld, ook omdat zij direct andere vrijheden raakt, zoals die van de vrijheid van meningsuiting en van vereniging en vergadering.'
In de mensenrechtenstrategie die de regering vorig jaar publiceerde, is veel aandacht voor de bescherming van godsdienst en levensbeschouwing. Nederland vindt het werk van de Speciaal Rapporteur dan ook van vitaal belang, en het bezoek van Jahangir bevestigt de goede samenwerking van Nederland met de Speciaal Rapporteur.
Op verzoek van de minister zette Jahangir de grootste uitdagingen waarvoor zij staat uiteen, zoals het bestrijden van religieuze onverdraagzaamheid, het terugdringen van wetten die verandering van geloof verbieden, en de vraag waar de vrijheid van meningsuiting ophoudt en haat zaaien tegen gelovigen begint.
De Speciaal Rapporteur ziet in opdracht van de Mensenrechtenraad van de Verenigde Naties toe of mensen hun godsdienst of levensbeschouwing vrij kunnen aanhangen. Als dit recht op godsdienstvrijheid in een land in de verdrukking komt, geeft de Rapporteur aanbevelingen voor herstel. De Pakistaanse Jahangir bekleedt de functie sinds 2004.