Koenders: vooroordelen over Afrika staan moderne ontwikkelingssamenwerking in de weg
‘We moeten ophouden Afrikanen af te schilderen als infantiel, als mensen die zielig en hulpbehoevend zijn en niet in staat om op een niet-geweldadige manier met elkaar om te gaan.’ Dat zei minister Koenders vandaag bij de opening van de tentoonstelling ‘De exotische mens: andere culturen als amusement’ in het Teylers Museum in Haarlem.
Aan de hand van affiches, foto’s en advertenties laat het museum de merkwaardige geschiedenis van het tentoonstellen van andere mensen zien. Tussen 1870 en 1940 vonden in heel Europa volkerenshows plaats waarbij het publiek zich verdrong om zich te verbazen over de lichaamsbouw, kleuren, kleding en gebruiken van Hottentotten, Bosjesmannen, Noord-Amerikaanse indianen, Eskimo's, Singalezen en Ashanti's.
Koenders gaf aan blij te zijn dat de donkere dagen van de volkerenshows ver achter ons liggen, maar waarschuwde voor hardnekkige vooroordelen die tot op de dag van vandaag doorklinken. Deze vooroordelen, in het bijzonder over Afrika, doen niet alleen af aan de eigenwaarde en de kracht van mensen in ontwikkelingslanden, maar staan ook in de weg van gelijkwaardige samenwerking met partners in ontwikkelingslanden. ‘In de moderne ontwikkelingssamenwerking die ik voorsta is geen plaats voor deze vooroordelen’, aldus de minister.
De tentoonstelling ‘De exotische mens’ is nog tot 10 mei 2009 te zien in het Teylers Museum.