Verhagen: ‘Strijd tegen terrorisme moet binnen rechtsgrenzen’
‘Voor Nederland staat voorop dat de strijd tegen het terrorisme binnen de grenzen van het recht moet plaatsvinden.’ Dat zei minister Verhagen in een toespraak ter gelegenheid van het honderdjarige bestaan van de Haagse Vredesconferentie.
Een eeuw geleden waren conflicten tussen staten de grootste bedreiging voor vrede en veiligheid. Vandaag de dag wordt de wereld geconfronteerd met conflicten binnen staten, georganiseerde criminaliteit en internationaal terrorisme. In zijn toespraak gaf minister Verhagen (Buitenlandse Zaken) donderdag zijn visie op de juridische uitdagingen die dit met zich meebrengt.
Nederland heeft daarover heldere ideeën, aldus Verhagen. Mensenrechten zijn universeel en permanent, maar de nieuwe dreigingen roepen de vraag op of internationaal recht daarop voldoende is toegerust. Zo vindt de regering dat in een humanitaire noodsituatie militair ingrijpen op morele en politieke gronden gerechtvaardigd kan zijn. ‘Het ontbreken van een duidelijke juridische basis neemt niet weg dat humanitaire interventie in uitzonderlijke gevallen, onder strikte voorwaarden bij wijze van nooduitgang toelaatbaar kan zijn. Op deze en ook op andere punten moeten we discussie niet bij voorbaat uitsluiten.’
Nederland heeft een speciale plaats binnen het internationaal recht. Sinds de Tweede Haagse Vredesconferentie in 1907 hebben belangrijke instituties op dit gebied zich hier gevestigd. Met het Permanente Hof van Arbitrage, het Internationaal Gerechtshof, het Joegoslavië-tribunaal en het Internationaal Strafhof is Den Haag uitgegroeid tot juridische hoofdstad van de wereld.