Vraag Prins van Oranje/DNB
Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA ‘S-GRAVENHAGE
Datum 9 juli 2009
Ons kenmerk: FM09-1563
Betreft Beantwoording vragen van het lid Pechtold over het commissariaat van de Prins van Oranje bij de Nederlandsche Bank
Geachte Voorzitter,
In antwoord op vragen van het lid Pechtold (D66) over “het commissariaat van Prins Willem-Alexander bij de Nederlandsche Bank, die zijn toegezonden per brief van 3 juli 209 onder nummer 2009Z13489, deel ik u, mede namens de minister-president, mede dat de vragen zijn beantwoord als aangegeven in de bijlage.
Hoogachtend,
de minister van Financiën,
Wouter Bos
2009Z13489
Vragen van het lid Pechtold (D66) aan de minister-president, minister van Algemene Zaken, over het commissariaat van Prins Willem-Alexander bij de Nederlandsche Bank (ingezonden 3 juli 2009).
1.
Hoe beoordeelt u de verklaring van de Rijksvoorlichtingsdienst dat de Raad van Commissarissen van de DNB slechts toeziet op “het beheer binnen de DNB”?
De raad van commissarissen van De Nederlandsche Bank N.V. (DNB) heeft als toezichthoudend orgaan inderdaad tot taak toe te zien op het beheer van de bank. Ook ziet de raad van commissarissen ingevolge haar taak toe op de algemene gang van zaken in de vennootschap en de met haar verbonden onderneming en staat hij de directie met raad terzijde. In dit verband stelt de raad van commissarissen onder meer de jaarrekening vast en behoeven bepaalde bestuursbesluiten goedkeuring van de raad. De raad van commissarissen heeft derhalve een belangrijke taak.
2.
Kunt u aangeven hoe deze verklaring zich verhoudt tot de eisen die in de Profielschets Raad van Commissarissen staan, zoals “elk lid van de Raad dient in staat te zijn de hoofdlijnen van het beleid van DNB met het oog op haar taken en verantwoordelijkheden te kunnen beoordelen”.
De profielschets van de raad van commissarissen van DNB is een nadere invulling van en in lijn met de taakomschrijving van de raad van commissarissen uit de Bankwet 1998 en de statuten van DNB. Ik verwijs voor een nadere omschrijving hiervan en voor het overige naar het antwoord op vraag 1.