Antwoorden op kamervragen van Joldersma over het bericht dat een peuter GHB heeft binnengekregen
De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
VGP-K-U-2936114
6 juli 2009
Antwoorden op kamervragen aan minister Klink van het Kamerlid Joldersma over het bericht dat een peuter GHB heeft binnengekregen.(2009Z10481)
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van het recente incident waarbij een jongetje van 2 jaar in het ziekenhuis is opgenomen nadat hij de uitgaansdrug GHB heeft binnen gekregen? 1)
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Hoe beoordeelt u dit incident in het licht van eerdere incidenten met GHB op het platteland in Brabant en Overijssel en het onderzoeksrapport van het onderzoeks- en adviesinstituut (IVO) over nieuwe verslavingen?
Antwoord 2
Ik heb geen aanvullende informatie over dit specifieke incident. Het ligt echter in de rede dat de betreurenswaardige GHB-intoxicatie van een peuter in beginsel losstaat van de bredere GHB-problematiek. Er zijn echter wel indicaties dat het aantal incidenten met GHB in bepaalde regio’s toeneemt.
Het rapport van het IVO gaat niet over incidenten, maar over ‘nieuwe’ verslavingen: GHB en internetverslaving. In het onderzoeksrapport wordt gesteld dat de nieuwe verslavingen in omvang klein zijn en niet te vergelijken zijn met bijvoorbeeld alcohol, cocaïne of cannabis, maar wel te signaleren en mogelijk in opkomst. Inmiddels zijn er signalen vanuit de verslavingszorg dat het aantal GHB-verslaafden snel toeneemt.
Vraag 3
Deelt u de opvatting dat, vanwege het feit dat er nauwelijks gerapporteerd wordt over GHB, de werkelijke problematiek ook onvoldoende zichtbaar wordt, en hoe gaat u op korte termijn de registratie van incidenten verbeteren? 2)
Antwoord 3
GHB-gebruik wordt door verschillende monitoringsystemen en registraties gesignaleerd. Er gaat altijd enige tijd overheen tussen het ontstaan van een probleem en de signalering. Of de huidige problematiek hierdoor onvoldoende zichtbaar wordt is niet bekend.
Het Trimbos voert een pilotproject uit waarin een representatief beeld wordt gegeven van trends in drugsgerelateerde gezondheidsincidenten. GHB-incidenten zijn in deze pilot opgenomen. Deze incidentenmonitor zal deze zomer worden afgerond, waarna u geïnformeerd zult worden over de resultaten en de uitkomsten van deze pilot. Tevens zal besluitvorming plaatsvinden over een eventueel vervolg.
Vraag 4
Bent u bereid te bevorderen dat er ook snel een alternatief drugvrij hulpverleningsaanbod van de grond komt?
Antwoord 4
Na langdurig intensief gebruik van GHB kan een cold turkey afkickprogramma levensgevaarlijke risico’s met zich meebrengen. Een behandeling bestaande uit een afbouwprogramma in combinatie met medische en psychosociale begeleiding is tot nu toe succesvol gebleken en verdient daarom de voorkeur. Uit genoemd IVO-onderzoek blijkt dat de verslavingszorg steeds meer een zorgaanbod ontwikkelt om de problemen met GHB op te vangen. Ik verwelkom deze ontwikkeling.
Vraag 5
Hoe gaat u, in samenwerking met het Trimbos Instituut, de onbelichte risico’s verder onder de aandacht brengen?
Antwoord 5
Het Trimbos-instituut heeft op 4 juni jl. een persbericht uitgebracht waarin aandacht is gevraagd voor het feit dat GHB-verslaving snel toeneemt, de risico’s van het “out gaan” worden onderschat, en dat bij sommigen er sprake lijkt van een zekere normalisering van het “out gaan”. Het Trimbos-instituut zal preventie en voorlichting over GHB intensiveren via websites, media en professionals.
Onlangs is tevens een factsheet GHB voor professionals verspreid. Op het uitgaansleven gerichte (GHB) preventie en voorlichting vindt plaats via het project Uitgaan en Drugs en via verschillende peer-preventieprojecten, zoals Unity.
Vraag 6
Wanneer u niet de voorbereidende handelingen voor de productie van GHB strafbaar wilt stellen, wat gaat u dan wel doen om de ruime beschikbaarheid van GHB terug te dringen?
Antwoord 6
Strafrechtelijke handhaving is slechts één van de instrumenten om de beschikbaarheid van GHB terug te dringen. Beschikbaarheid houdt ook verband met de vraag op de markt, die langs andere wegen wordt beïnvloed. Dit neemt niet weg dat enkele parketten een eigen vervolgingsrichtlijn ten aanzien van GHB hebben opgesteld. Bij het aantreffen van een gebruikershoeveelheid GHB (1 ampul) volgt dan geen politiesepot, maar een transactie. In het kader van de vernieuwing van de Aanwijzing Opiumwet (inwerkingtreding gepland voor medio voorjaar 2010) zal bekeken worden op welke wijze het opsporings- en vervolgingsbeleid inzake GHB nieuw vorm kan krijgen.
1) Nu.nl, 1 juni, 2009: “Peuter in ziekenhuis door partydrug GHB”
2) Kamerstukken 23 760, nr. 22 en 27 565, nr. 565