Jeugdmonitor: allochtone jongeren hoger opgeleid en vaker een baan

Niet-westerse allochtone jongeren doen het op een aantal terreinen beter, vergeleken met een paar jaar geleden. Zo zijn ze hoger opgeleid en hebben zij vaker een baan. Toch hebben zij op deze en andere gebieden (bijvoorbeeld overgewicht en criminaliteit) nog een achterstand op autochtone jongeren.

Deze conclusies komen uit de kwartaalrapportage over integratie van de Landelijke Jeugdmonitor van minister Rouvoet. De jeugdmonitor wordt samengesteld door het Centraal Bureau voor de Statistiek.

Hoger onderwijs

Het aantal niet-westerse allochtone jongeren met een hoger onderwijs diploma is verdubbeld, van 2.000 in 2000/’01 naar 4.000 in 2006/’07. Ook is er een forse stijging van het aantal allochtone vrouwen (18-25 jaar) dat over een startkwalificatie beschikt of nog een opleiding volgt. Van 74% in 2003 naar 85% in 2008. Toch blijven allochtonen achter bij autochtonen in het hoger onderwijs. In 2006/’07 slaagde 12% van de niet-westerse allochtonen voor een hoger onderwijs diploma, tegenover bijna 17% van de autochtone jongeren.

Werk

Het aandeel werkende allochtone jongeren van 15-23 jaar is toegenomen: van 47% in 2003 naar 56% in 2008. Toch beschikken zij nog steeds veel minder vaak over een baan dan autochtone jongeren (81% in 2008).

Overgewicht en criminaliteit

Op veel gebieden hebben allochtone jongeren van niet-westerse herkomst nog wel een inhaalslag te maken. Zij leven bijvoorbeeld nog steeds vaker in eenouder-gezinnen dan autochtone jongeren, hebben vaker te kampen met overgewicht en worden vaker verdacht van een misdrijf dan autochtone jongeren. In justitiële jeugdinrichtingen zijn allochtone jongens sterk oververtegenwoordigd.

Een kwart allochtoon

Bijna een kwart van de 0-25-jarigen in Nederland is allochtoon. 7 op de 10 zijn in 2008 van niet-westerse herkomst. Turken en Marokkanen vormen met beide een aandeel van 21% de grootste groepen onder deze niet-westers allochtone jongeren.