Cramer en Verburg pakken verspreid liggende kassen aan

Nieuwsbericht | 29-06-2009 | 12:00

De ministeries van VROM en LNV gaan samen met provincies en gemeenten verspreid liggende kassen opruimen en bundelen in gebieden waar wel ruimte is voor ontwikkeling. Dat schrijven ministers Cramer en Verburg vandaag in een brief aan de Tweede Kamer. Nu ligt er nog zo'n 1000 hectare aan kassen in landschappelijk waardevolle gebieden, zoals Rijksbufferzones en Nationale Landschappen.

Vanwege planologische beperkingen kunnen tuinders daar niet verder uitbreiden. Bovendien draagt hun verspreide ligging bij aan een verrommeling van het landschap. Verhuizing is vaak complex en duur. Mede op verzoek van de sector gaan de ministeries nog sterker inzetten op de aanpak van verspreid liggende kassen. Het doel is om in 2011 200 hectare minder verspreid liggende kassen te hebben, oplopend tot 800 hectare in 2020. De aanpak geschiedt op basis van vrijwilligheid.

'Met deze aanpak willen we bijdragen aan een mooi landschap en een economisch sterke sector, maar ook aan duurzaamheid. Immers, door tuinbouwbedrijven geografisch te concentreren, kan er meer werk worden gemaakt van duurzaamheid. Denk aan de Zuidplaspolder met zijn energiezuinige kassen, het gebruik van CO2 uit de industrie en warmtekoppeling met woonwijken,' aldus Cramer.

Minister Verburg is blij met deze support voor de glastuinbouw: 'Glastuinders zijn van groot economisch belang voor ons land. Ze zijn innovatief en maken werk van verduurzaming. Ook bij economische tegenwind. Maar ze hebben wel de ruimte nodig om dat te kunnen doen. Samen met provincies, gemeenten, de sector en maatschappelijke organisaties gaan we daarvoor zorgen.'

De aanpak van verspreid liggende kassen geschiedt langs vijf sporen:

  1. Het kabinet stelt 10 miljoen euro beschikbaar voor een tiental gebiedsgerichte projecten. Dit komt bovenop het Nota Ruimte budget, de provinciale en gemeentelijke begrotingen en de opbrengsten uit de Ruimte voor ruimteregeling. Twee projecten zijn al bekend: Midden-Delfland en Stompwijk. De andere 8 worden in oktober bekend gemaakt;
  2. Meer duidelijkheid over de fiscale mogelijkheden bij beëindiging (op locatie) en verplaatsing. Ook meer duidelijkheid over regelgeving ten aanzien van staatssteun;
  3. Ruimtelijk kader verstevigen: provincies gaan in structuurvisies en verordeningen (conform de Wet ruimtelijke ordening) beter aangeven waar nog wel of geen ruimte is voor de uitbreiding van het areaal aan kassen. Ook gaan ze duidelijkheid bieden over de maatvoering en oppervlakte per locatie. De VROM Inspectie (VI) zal de vinger aan de pols houden;
  4. Er komt dit jaar nog een handreiking voor provincies en gemeenten. Deze moet hen helpen niet benutte vestigingslocaties verantwoord te herbestemmen en nieuwe versnippering te voorkomen;
  5. Expertise opbouwen en kennisuitwisseling via het Innovatieprogramma Mooi Nederland.

In 2011 volgt een evaluatie van de totale aanpak.