Antwoorden op kamervragen van het Kamerlid Joldersma over de toenemende risico's van de partydrug GHB

De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG

VGP-K-U-2920992

27 mei 2009

Geachte voorzitter,

Hierbij zend ik u, mede namens de minister van Justitie, de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Joldersma (CDA) over de toenemende risico's van de partydrug GHB (2009Z04756).


Hoogachtend,
de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

dr. A. Klink


Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van het bericht dat het thuis maken van GHB vreselijk eenvoudig is en spotgoedkoop? 1)

Antwoord 1
Ja.

Vraag 2
Hoe wordt het produceren en het dealen van GHB momenteel tegengegaan? Welke resultaten zijn tot nu toe geboekt?

Antwoord 2
Volgens de Criminaliteitsbeeldanalyse synthetische drugs en precursoren 2007 is de markt voor GHB klein. Net als voor andere drugs geldt dat voor GHB wordt opgetreden tegen het produceren en het dealen ervan. In 2007 is één productieplaats aangetroffen waar GHB geproduceerd werd. Daarnaast zijn 3,45 kg en 124,27 liter GHB in beslag genomen.


Vraag 3
Deelt u de opvatting dat het produceren van GHB beter is te bestrijden wanneer de voorbereidende handelingen strafbaar worden gesteld zoals, de CDA-fractie reeds heeft voorgesteld rond een ander middel van lijst II van de Opiumlijst, de cannabis? Wanneer wordt dit wetsvoorstel naar de Kamer gestuurd?

Antwoord 3
Nee. Voorbereidingshandelingen ten behoeve van de productie van GHB zijn moeilijk waar te nemen. Een strafbaarstelling van voorbereidingshandelingen is daardoor in de praktijk moeilijk uitvoerbaar en heeft daarmee geen meerwaarde. Een van de grondstoffen van GHB, GBL, staat op de vrijwillige monitoringlijst van de EU. Dit betekent dat bedrijven die aanvragen tot verdachte transacties krijgen dit vrijwillig kunnen melden. Hiermee bestaat voor de grondstof GBL al een administratief controlesysteem.

Gestreefd wordt om het thans in voorbereiding zijnde wetsvoorstel inzake growshops nog voor het zomerreces 2009 ter consultatie aan te bieden.


Vraag 4
Hoe worden momenteel het toenemend gebruik, de gebruikspatronen op het platteland en de risico’s van het gebruik van GHB gemonitord?

Antwoord 4
Het gebruik van GHB wordt gemonitord via het Drugs informatie en monitoring systeem (DIMS). De afgelopen jaren is een toename te zien van het aantal monsters dat bij het DIMS wordt ingeleverd. Ook wordt de ontwikkeling van drugstrends, waaronder GHB, gevolgd via de kwalitatieve monitor van uitgaansdrugs, de NL.Trendwatch. Dit onderzoek wordt tweejaarlijks uitgevoerd door het Bonger Instituut voor Criminologie van de Universiteit van Amsterdam en gaat in op drugstrends per “scene” en per regio. Uit het laatste trendonderzoek (2006-2007) bleek dat het gebruik van GHB in het uitgaansleven nog steeds beperkt is. In bepaalde regio’s en bepaalde scenes lijkt GHB echter aan populariteit te winnen. Dit komt overeen met signalen vanuit de verslavingszorg, die naast een (regionale) toename van het gebruik ook een toename van de zorgvraag zien.
Er zijn echter nog geen kwantitatieve gegevens beschikbaar over het gebruik van GHB onder de algemene bevolking en in het uitgaanscircuit. Op dit moment wordt er ook een kwantitatief onderzoek naar uitgaansdrugs uitgevoerd, waarin ook het gebruik van GHB wordt onderzocht. Ook wordt GHB meegenomen in het volgende Nationale prevalentieonderzoek.

Vraag 5
Bent u bereid onderzoek te laten doen naar de risico’s van GHB en te komen tot goede voorlichting over GHB, nu dit in de praktijk wel degelijk verslavend blijkt te zijn, hoewel dat nog niet blijkt uit de risicoanalyse uit 1999 of de bestaande voorlichting?

Antwoord 5
Er is al veel onderzoek gedaan naar de risico’s van GHB. In 1999 concludeerde het Coördinatiepunt Assessment en Monitoring nieuwe drugs (CAM) al dat GHB een groot risico vormt voor de individuele gezondheid van de gebruiker. Op dat moment leek er geen risico op afhankelijkheid te bestaan. Inmiddels is bekend dat er wel degelijk sprake kan zijn van afhankelijkheid en verslaving. De omvang van dit probleem heb ik inmiddels laten onderzoeken door het Instituut voor verslavingsonderzoek (IVO). Uit het rapport “Nieuwe verslavingen in zicht” blijkt dat GHB-verslaving de laatste jaren zijn intrede heeft gedaan in de verslavingszorg. Hoewel nog steeds beperkt in omvang, zijn er steeds meer aanmeldingen in verband met GHB-gebruik bij de verslavingszorg.

De voorlichting over GHB, via www.drugsinfo.nl, de drugs- en alcoholinfolijn en www.drugsenuitgaan.nl, dat zich specifiek richt op uitgaanspubliek, is inmiddels aangepast met voorlichting over afhankelijkheid.

Ik bespreek met het Trimbos instituut op welke manier de onbelichte risico’s van GHB verder onder de aandacht kunnen worden gebracht.

Vraag 6
Deelt u de opvatting dat er een integrale aanpak van repressie, preventie en behandeling van GHB dient te komen en kunt u ons die binnenkort doen toekomen dan wel de ingestelde adviescommissie Drugsbeleid vragen daarover te adviseren?

Antwoord 6
Een integrale aanpak, met een goed afgewogen balans tussen repressie, preventie en behandeling, is de basis van het Nederlandse drugsbeleid. Dit geldt ook voor GHB. Ik heb de adviescommissie Drugsbeleid gevraagd het rapport “Nieuwe verslavingen in zicht” bij de advisering te betrekken.

1) Chemisch 2 Weekblad, 21 februari 2009: “GHB uit eigen keuken”