EU-ministers buigen zich over vereenvouding landbouwbeleid
Vereenvoudiging van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid is essentieel om de landbouwsector concurrerender te maken, banen te behouden en te creëren, en bij te dragen aan een gezonde ontwikkeling van plattelandsgebieden. Dit was één van de onderwerpen op de agenda van de maandelijkse Landbouw- en Visserijraad die op maandag 25 mei in Brussel werd gehouden.
Vereenvoudiging van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid
De landbouwministers hebben unaniem raadsconclusies aangenomen over vereenvoudiging van het Europees landbouwbeleid. Het doel van de vereenvoudiging is dat boeren geen last hebben van te ingewikkelde administratieve verplichtingen die geen beleidsdoel dienen en ook niet nodig zijn om een correct beheer van belastinggeld te garanderen. Vereenvoudiging van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid is essentieel om de landbouwsector concurrerender te maken, banen te behouden en te creëren, en bij te dragen aan een gezonde ontwikkeling van plattelandsgebieden.
Minister Gerda Verburg van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) is tevreden met de raadsconclusies: "Hiermee laten wij zien dat het ons menens is met de vereenvoudiging van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid. Een boer is geen boekhouder, en dat moeten we ook niet van hem willen maken. Het streven is om de administratieve lasten in 2012 met 25% te hebben teruggedrongen. Hier ligt een forse uitdaging voor de Commissie. Het moet niet bij woorden blijven; hier zijn ook daden nodig."
Het voorstel van minister Verburg om in de toekomst de voorstellen van de directeuren van de betaalorganen voor vereenvoudiging op regelmatige basis in de Landbouw- en Visserijraad te bespreken, is nu door de Commissie en alle andere lidstaten omarmd. Voorbeelden van lasten die sinds 2005 zijn teruggedrongen zijn de afschaffing van de braakverplichting en het terugbrengen van specifieke handelsnormen voor groente en fruit.
Hervorming Gemeenschappelijk Visserijbeleid
De visserijministers wisselden met elkaar van gedachten over het Groenboek over de herziening van het Europese Visserijbeleid dat Europees Visserijcommissaris Borg in april heeft gepresenteerd.
Minister Verburg zei in haar reactie dat wat haar betreft de uitgangspunten voor een nieuw visserijbeleid moeten zijn: duurzaam gebruik van onze natuurlijke hulpbronnen (visbestanden) in wateren binnen en buiten de Europese Unie, perspectief voor een maatschappelijk geaccepteerde duurzame visserijsector, en een doeltreffend, uitvoerbaar en handhaafbaar beheer van visbestanden.
Verburg: "Ik ben in eigen land bezig met de vorming van mijn visie op de toekomst van het Europees visserijbeleid. Sleutelwoorden hierin zijn innovatie en duurzaamheid."
De minister pleitte verder voor eenvoudige regels, meer verantwoordelijkheid voor de visserijsector inclusief partijen in de keten (zoals bij certificering), een meer regionale aanpak, en ook een tripartiete aanpak: wetenschappers, vissers en maatschappelijke organisaties moeten meer samenwerken op gebied van bijvoorbeeld bestandsbeheer.
In 2012 moet de hervorming van het Gemeenschappelijk Visserijbeleid klaar zijn. De Europese Commissie is bezig met het raadplegen van visserijsectoren en andere betrokken partijen. Commissaris Borg zei in antwoord op het verzoek van Verburg dat hij kernpunten en boodschappen die hieruit en uit discussies in de Landbouw- en Visserijraad en het Europees Parlement voortvloeien, aan de Raad zal voorleggen voor verdere discussie. De Commissie zal naar verwachting begin 2011 met concrete voorstellen komen voor de herziening van het Europees visserijbeleid.
Situatie op de zuivelmarkt
Frankrijk vroeg, gesteund door Duitsland en Oostenrijk, aandacht voor de situatie op de zuivelmarkt. De melkprijzen zijn momenteel laag en drukken de inkomens van melkveehouders. Frankrijk vroeg Europees Landbouwcommissaris Fischer Boel om extra maatregelen te nemen om melkveehouders te helpen.
Commissaris Fischer Boel zei in haar reactie dat de stijging van het melkquotum niet de oorzaak is voor de moeilijkheden waarin melkveehouders verkeren, maar andere factoren zoals de economische recessie. De Europese Commissie heeft de afgelopen maanden een aantal marktmaatregelen genomen en de prijzen zijn sinds april gestabiliseerd. Er is nauwelijks ruimte om de huidige exportsubsidies te verhogen. Fischer Boel zei wél te overwegen om bepaalde marktmaatregelen die aflopen in augustus, zoals de particuliere opslag van boter, voort te zetten na augustus. Daarvoor zal de commissie een wijziging van achterliggende regels via een versnelde procedure aan Raad en Europees Parlement voorleggen.
Minister Verburg bedankte de commissaris dat zij wil overwegen om bepaalde marktmaatregelen voort te zetten na augustus. Verburg ziet ook dat de situatie buitengewoon moeilijk is en dat melkveehouders het zwaar te verduren hebben. De prijsdaling van melk is stevig en dat voelen melkveehouders en hun gezinnen in hun portemonnee.
"Maar er is ook een lichtpuntje: de middellange termijnverwachtingen voor de zuivelsector zijn nog altijd gunstig. De bodem van de markt is bereikt. Zuivelnoteringen tonen weer een voorzichtige, opwaartse beweging. We moeten door de crisis, hoe heftig deze ook is, niet het langetermijnperspectief uit het oog verliezen. De melkquotering wordt in 2015 beëindigd. Om het melkquoteringssysteem en de boeren een zachte landing te laten maken, moeten we de melkquota jaarlijks verhogen. Dat hebben we in november ook zo afgesproken", aldus Verburg.
Vervroegd uitbetalen van voorschotten aan boeren
Tijdens het debat over de situatie op de zuivelmarkt zei commissaris Fischer Boel dat ze het mogelijk zal maken dat alle boeren in de Europese Unie vanaf 16 oktober - en nadat alle controles zijn uitgevoerd - een voorschot kunnen krijgen van maximaal 70% van de totale toeslagrechten waar agrariërs recht op hebben. Dit om boeren die te maken hebben met financiële problemen, bijvoorbeeld als gevolg van de lage melkprijzen, tegemoet te komen. Normaal mogen Europese lidstaten pas uitbetalen vanaf 1 december.
Verburg bedankte Fischer Boel voor deze mogelijkheid, maar vroeg de commissaris te onderzoeken of vervroegd uitbetalen van 100% van de betalingen ook tot de mogelijkheden behoort. Het vervroegd uitbetalen van slechts een deel van de toeslagrechten leidt volgens Verburg namelijk tot extra uitvoeringslasten en -kosten. Bovendien is de boer beter geholpen als hij vanaf 16 oktober alles krijgt in plaats van een voorschot. Fischer Boel zegde toe daarover verder te willen overleggen met Nederland.