Grote militaire operatie in Uruzgan
Eenheden van de Nederlandse Task Force Uruzgan (TFU) zijn samen met Afghaanse en Australische militairen een grote operatie uit aan het voeren in het westelijke Deh Rashangebied in Uruzgan. Doel is om in het gebied een permanente aanwezigheid van ISAF en de Afghaanse overheid te creëren en de veiligheid te verbeteren. Bovendien vormt deze streek een verbinding tussen de bevolkingscentra Tarin Kowt en Chora.
De operatie, waar in totaal ongeveer 1000 militairen aan deelnemen, heeft de naam Mani Ghar (II) en staat onder leiding van brigadegeneraal Tom Middendorp, commandant van de TFU. Tijdens de operatie werd nergens op tegenstand gestuit. Wel werden bij diverse huiszoekingen meerdere opslagplaatsen gevonden van wapens, munitie, drugs, communicatieapparatuur en onderdelen voor Improvised Explosive Devices (IED´s) gevonden. Bij de zoekacties werden onder meer explosievenspeurhonden ingezet.
Permanente aanwezigheid
Inmiddels is de genie begonnen met de bouw van een patrouillepost om de aanwezigheid van de Afghaanse overheid en ISAF een permanent karakter te geven. Medewerkers van het Provinciaal Reconstructie Team (PRT) hebben al eerste gesprekken gevoerd met leiders uit het gebied. Zij brengen de huidige behoeftes van de bevolking in kaart. Uit de gesprekken kwam naar voren dat de bewoners open staan voor de komst van de Afghaanse eenheden en de ISAF-militairen. Zij spraken de hoop uit dat met deze operatie de veiligheidssituatie in het gebied verbetert.
Vertrouwen in de overheid
Het PRT start zo snel mogelijk met kleinschalige hulpprojecten. Een dergelijke gecombineerde aanpak is elders ook succesvol gebleken, zoals afgelopen januari in de Baluchivallei. Hier is na een vergelijkbare operatie het vertrouwen van de bewoners in de overheid gegroeid en de invloed van opstandelingen geminimaliseerd.
Gevoelige slag toegebracht
Met de permanente aanwezigheid van ISAF in het westelijke Deh Rashangebied is de vijand een gevoelige slag toegebracht. De vondst van wapens en munitie toont aan dat tegenstanders van de Afghaanse overheid dit gebied tot voor kort gebruikten als een veilige schuilplaats, een zogenaamde safe haven.
De streek stond al langer bekend als een bron van vijandelijke activiteiten en lokale conflicten. Hiervandaan werden de afgelopen maanden een aantal raketaanvallen op Kamp Holland uitgevoerd. Bij één van die beschietingen kwam in april de Nederlandse soldaat der eerste klasse Azdin Chadli om het leven en raakten 5 van zijn collega´s gewond.