Werkafspraken geneesmiddelenreclame
De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
23 april 2009
GMT/VDG 2926165
Geachte voorzitter,
Hierbij stuur ik u de vernieuwde werkafspraken over de samenwerking tussen partijen op het gebied van geneesmiddelenreclame.
Tussen de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) en de stichting Code Geneesmiddelenreclame (CGR) zijn sinds 2007 werkafspraken van kracht. Deze werkafspraken heb ik u eerder toegestuurd alsmede de eerste evaluatie van deze werkafspraken.
Eind 2008 hebben partijen de werkafspraken wederom geëvalueerd. Door IGZ en CGR is geconcludeerd dat er tevredenheid is over de bereikte samenwerking, maar dat aanscherping van de werkafspraken op onderdelen noodzakelijk is. Deze conclusie volgt ook uit de evaluatie van het Reclamebesluit Geneesmiddelen (RBG) . De onderzoekers stelden het daarin nog wat scherper: ‘De huidige afspraken tussen CGR en IGZ zijn ontoereikend om een goede handhaving te waarborgen’. In mijn onlangs aan u toegestuurde standpunt op de evaluatie ga ik op deze conclusie uitgebreid in. Ik beperk mij in deze brief tot de conclusies die er ten aanzien van de werkafspraken zijn getrokken door partijen en die hebben geleid tot een herziening van de werkafspraken.
De volgende maatregelen zijn/worden ingezet:
De CGR zal voorlichting gericht op beroepsbeoefenaren (met name artsen) intensiveren cq opzetten.
De CGR zal onderzoeken hoe het preventieve toezicht kan worden uitgebreid.
De CGR zal actiever monitoren, bijvoorbeeld door het houden van interviews of het organiseren van bijeenkomsten.
De CGR continueert het monitoren van de naleving van uitspraken van de Codecommissie van de CGR.
De IGZ gaat na hoe het systeem van doorgeleiden van meldingen van CGR naar IGZ en andersom verbeterd kan worden met behoud van de mogelijkheid tot het opleggen van een bestuurlijke boete.
De IGZ gaat na welke veldnormen eventueel omgezet zouden moeten worden in beleidsregels, teneinde deze normen te kunnen handhaven.
De werkafspraken zijn uitgebreid met deelname door de Keuringsraad Openlijke Aanprijzing Geneesmiddelen/Keuringsraad Aanprijzing Gezondheidsproducten (KOAG/KAG). De KOAG houdt preventief toezicht op publieksreclame voor geneesmiddelen.
Ik ben verheugd over het feit dat partijen zo snel na het verschijnen van de evaluatie van het Reclamebesluit Geneesmiddelen met elkaar in contact zijn getreden en invulling hebben gegeven aan de verbetering en intensivering van de werkafspraken. Ook de uitbreiding met het toezicht op de publieksreclame voor geneesmiddelen vind ik een waardevolle aanvulling op de werkafspraken. Ik heb er vertrouwen in dat de gewijzigde werkafspraken een belangrijke bijdrage zullen leveren aan een effectieve en efficiënte handhaving van geneesmiddelenreclame.
Hoogachtend,
de minister van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,
dr. A. Klink
1 Tweede Kamer, vergaderjaar 2006 – 2007, 30 482, nr 5
2 Tweede Kamer, vergaderjaar 2007 – 2008, 30 482, nr. 7
3 Tweede Kamer, vergaderjaar 2008 – 2009, 29 477, nr. 66