Persconferentie na de ministerraad van 24 april 2009

Minister-president Balkenende:

Goedemiddag. Het was een week waarin veel is gebeurd, maar laat ik beginnen met de internationale contacten. Daar hebben we vandaag ook even bij stil gestaan in de ministerraad.

Het zeer succesvolle staatsbezoek van de Koning en Koningin van Zweden. Een bezoek dat in het teken stond van uiteraard de goede betrekkingen tussen de beide koninklijke families, maar vooral ook een bezoek dat gekenmerkt werd door vele ontmoetingen, goede gesprekken, en ik heb ook begrepen dat de Koning en Koningin enthousiast waren over alle ontmoetingen die ze hebben gehad.

Ik heb zelf met de Koning ook gesproken over zijn opvattingen over belangrijke onderwerpen als het klimaat. Dat houdt hem ook zeer bezig en het was zeer goed om daarover van gedachten te wisselen.

Dan heb ik gisteren een ontmoeting gehad met mijn collega van Zuid-Korea, premier Han. Iemand die zelf helemaal thuis is op het gebied van water en watermanagement. Hij werkt ook samen met de Prins van Oranje, in het kader van de Verenigde Naties.

We zijn in Zeeland geweest. Hij is geweest bij het Waterschapsmuseum en daarna hebben we ook de Oosterscheldewerken toegelicht en hij was daar zeer van onder de indruk. Omdat het ook veel speelt in Zuid-Korea, hebben we afgesproken dat we de contacten ook op dit soort terreinen zullen versterken.

Dan waren vandaag de nodige zaken in de ministerraad aan de orde. U heeft persberichten gezien. Een van de onderwerpen betreft de kinderopvang. Besloten is af te zien van de financiële vergoeding thuisopvang, omdat de uitvoeringslasten niet in verhouding staan tot de opbrengsten. De formele gastouderopvang wordt versterkt om de keuzevrijheid van ouders te waarborgen en bovendien wordt de maximumuurprijs verhoogd van 4 tot 5 euro. En wel moeten formele gastouders aan opleidings- en kwaliteitseisen voldoen.

Dan zijn er nog de nodige andere persberichten, bijvoorbeeld op het gebied van de kinderbijslag en de verdere regulering van de prostitutiebranche, waarmee misstanden als dwang, misbruik en mensenhandel worden bestreden.

Dan hebben we uiteraard teruggeblikt op het debat over de JSF. Het was eerst een algemeen overleg en gisteren hebben we een plenair debat daarover gehad. En we hebben natuurlijk daarin teruggeblikt op al datgene wat zich heeft afgespeeld.

Het is misschien goed om eerst stil te staan bij de vraag waarom is deze besluitvorming nu van betekenis. Nederland is een land dat zijn verantwoordelijkheid neemt, nationaal en internationaal, en dat betekent ook dat de krijgsmacht wordt ingezet voor missies, soms in Europa, soms ook juist ver daarbuiten.

Het gaat om het creëren van vrede en stabiliteit en we zijn er trots op dat de Nederlandse krijgsmacht daaraan deelneemt, en u kent wat in het verleden is gebeurd. Actief zijn we geweest in de Balkan, dat zijn we trouwens nog steeds. We zijn ook in Irak geweest. We zijn nu in Afghanistan. We zijn actief in Afrika.

En het gaat in deze discussie om de veiligheid van Nederland en om de veiligheid van Nederlandse militairen. Ze zetten zich voor Nederland in in gevaarlijke gebieden en lopen daarbij grote persoonlijke risico's. Ze moeten daarbij, nu en in de toekomst, kunnen rekenen op steun van een daadkrachtige en efficiënte luchtmacht en we zijn het aan hen verplicht ze daarbij te voorzien van het beste materiaal.

We zijn ons terdege ervan bewust dat dit een complex onderwerp is. Dat is altijd zo geweest. Dat bleek ook deze week. Het is ook een politiek gevoelig dossier. En daarom waardeert het kabinet het zeer dat door een constructieve opstelling van de partijen, van alle partijen, deze stap is gezet. Zorgvuldigheid staat daarbij voorop.

Het proces moet recht doen aan de vraag wat het beste toestel is voor de beste prijs. Het moet recht doen aan de werkgelegenheidsaspecten in deze discussie en het moet recht doen aan de noodzaak onze militairen die steun te bieden die ze ook verdienen en nodig hebben. En met dit besluit kunnen we verder gaan met de voorbereidingen voor de vervanging van de F16 en dat is de winst van het debat dat we gisteren met de Tweede Kamer hebben gevoerd.

Dit waren een aantal van de elementen die vandaag in de ministerraad aan de orde zijn geweest.