Studieochtend Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie

Toespraak door staatssecretaris Albayrak van Justitie tijdens een studieochtend van de Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie (KNB), 21 april, Jaarbeurs Utrecht.

Mevrouw de voorzitter,

Dames en heren,

Om te beginnen hartelijk dank voor uw uitnodiging. Ik ben daar graag op ingegaan omdat het thema van vanmorgen – tien jaar na de nieuwe Notariswet - me de gelegenheid geeft om de balans op te maken, en daar is ook alle reden toe. Aan gesprekstof is in deze economisch moeilijke tijden bepaald geen gebrek. Niet alleen de vakpers bericht over de gevolgen van de crisis, zoals het Notariaat Magazine. Ook de publieke media besteden deze dagen nogal wat aandacht aan het reilen en zeilen van uw beroepsgroep. (Zoals Trouw, De Telegraaf, Het Financieel Dagblad. Zelfs Frits Abrahams wijdde een van zijn NRC-columns aan de financiële zorgen van een notaris).

Notaris als ambtenaar/ondernemer

Tien jaar geleden werden de vaste tarieven in het notariaat afgeschaft. De nieuwe Notariswet gaf de notaris de ruimte om zich – naast zijn wettelijke verplichtingen als openbaar ambtenaar – te ontplooien als ondernemer. Daar is in de afgelopen jaren volop gebruik van gemaakt. Veel notarissen hebben de bezem gehaald door hun stoffige imago en zich gepresenteerd als hooggekwalificeerde juridische adviseurs met een bijzondere staatsrechtelijke positie. Die omslag werd extra makkelijk gemaakt doordat ze economisch de wind in de rug hadden.

Op dit moment is de situatie minder rooskleurig. Onroerend goed is even geen booming business meer, integendeel, de markt zit vast en er is weinig omzet. Om in deze omstandigheden het hoofd boven water te houden, komt het aan op economische vaardigheden als kostenbeheersing, kantoormanagement, efficiency, klantenwerving en het bepalen van een juiste prijs. In deze barre tijden zijn dat kwaliteiten en bekwaamheden die je moet beheersen om de notarispraktijk met succes voort te zetten.

Niet iedereen is ervan overtuigd dat de notaris het in deze omstandigheden redt op een vrije markt. Maar wat mij betreft hoort bij marktwerking en goed ondernemerschap ook het risico van tegenvallende omzet en de consequenties daarvan. Ik ben me bewust van de vervelende situatie waar sommigen van u zich in bevinden, maar de huidige ontwikkelingen vormen voor mij geen aanleiding om specifieke steunmaatregelen te overwegen.

Wel ben ik van mening dat het notariaat, net als andere mkb-ondernemers, een beroep moet kunnen doen op het reguliere steunfonds voor het midden- en kleinbedrijf. Ik ben hierover in overleg met mijn collega’s van Economische Zaken en Financiën. Het is in mijn ogen onterecht dat notarissen nog steeds uitgezonderd zijn van de BBMKB-regeling. Bij de nieuwe regelingen komt er een gelijke behandeling. Stel dat men een achtergestelde lening of aandelenkapitaal nodig heeft, dan kan EZ wèl een garantie verlenen.

In de afgelopen maanden is – ook vanuit het notariaat – er voor gepleit om voor bepaalde handelingen leges te heffen en om weer vaste tarieven in te voeren. Ik geloof niet dat we daar naar terug moeten. Een overheid die op de stoel van de ondernemer gaat zitten en de prijs vaststelt is niet het juiste medicijn. Laat staan dat we teruggaan naar de situatie voor 1999 toen de KNB de tarieven bepaalde. Op de markt van vraag en aanbod bepaalt de individuele ondernemer zelf zijn prijs. Dat schept de beste voorwaarden voor efficiency. En dat biedt burgers en bedrijven de meeste garantie dat ze voor notariële dienstverlening niet te veel betalen.

Integriteit

De laatste tijd is er in de media ook veel te doen geweest rond integriteit van notarissen, dit mede door de link tussen de georganiseerde misdaad en de vastgoedsector. Sommige menen dat het vrije ondernemerschap en integriteit van notarissen niet samen kunnen gaan. Dat geloof ik niet. Er zijn genoeg sectoren – zoals de gezondheidszorg - waar marktwerking de prijzen beïnvloedt, waar integer gewerkt wordt en waar de consument vertrouwen in heeft. Net als in de notaris. Zeker, er zijn rondom vastgoedtransacties malafide praktijken geconstateerd waarbij notarissen een kwalijke rol vervulden. Maar in veruit de meeste gevallen zijn er geen problemen en gaat het zoals het hoort. Het notariaat draagt bij aan de zeer vele betrouwbare en efficiënte eigendomsoverdrachten. Die betrouwbaarheid is essentieel, zowel voor het economische verkeer als voor de rechtszekerheid van burgers en bedrijven. Datzelfde gaat op voor de familierechtpraktijk. Een hoge kwaliteit van samenlevingsovereenkomsten, huwelijksvoorwaarden, testamenten en de afwikkeling van erfboedels is wezenlijk voor de rechtszekerheid en maatschappelijk vertrouwen.

Dilemma’s

Dit alles wil niet zeggen dat ik geen oog heb voor het spanningsveld tussen ondernemersactiviteiten en plichten als openbaar ambtenaar. Dat spanningsveld benoemde de heer Tjeenk Willink bij de presentatie van het jaarverslag van de Raad van State over 2008. Hij waarschuwt voor kwaliteitsverlies. Maar de feiten laten zien dat er geen kwaliteitsverschil is gegroeid tussen de notarissen met hogere / lagere prijzen. Ik deel veel van wat Tjeenk Willink zegt, maar in zijn woorden ligt ook de suggestie dat toenemende marktwerking leidt tot afnemende beroepsethiek. En dat ben ik niet met hem eens. Ondernemerschap en integriteit gaan wel degelijk samen. Wel zijn de verwachtingen hoog: In de woorden van professor Martin Jan van Mourik in het Notariaat Magizine van januari dit jaar: “notarissen hebben een publieke taak en dienen daarom een hoger moreel besef te hebben”. Of dat geheel juist is wil ik in het midden laten, maar ik deel wel de opvatting van Van Mourik dat ethisch handelen voor notarissen een absoluut noodzakelijke voorwaarde is voor het voortbestaan van het beroep.

En u staat er als notaris niet alleen voor. De KNB draagt op verschillende manieren - ook in contacten op politiek niveau - bij aan het versterken en verbeteren van de voorwaarden waaronder de notariële praktijk gevoerd wordt. Het ministerie van Justitie heeft de afgelopen jaren veel aandacht besteed aan het notariaat. Er komen wetsvoorstellen aan voor de wijziging van de Wet op het notarisambt, onder meer om de positie van de notaris en de continuïteit van het notariaat te waarborgen.

Toezicht

Meer dan ooit is er nu reden om dat [het toezicht] goed te regelen. Naast het financiële toezicht op de derdenrekeningen komt er meer stelselmatig toezicht op de integriteit. Uw beroepsorganisatie gaat de kwaliteitsonderzoeken bij haar leden verder uitbouwen. Ik weet dat sommigen dat afwijzen met als argument: “dat geeft alleen maar rompslomp en wat koop ik ervoor!” Ik wil die notarissen voorhouden dat het vertrouwen van hun klanten en van de maatschappij één van de belangrijkste reden van hun bestaan is. Alleen als de samenleving kan rekenen op rechtszekerheid en haar vertrouwen in de notaris behoudt, kan het notariaat blijven bestaan. Daarom is onafhankelijk toezicht op het notariaat noodzakelijk. Daar komt bij dat de samenleving ook steeds vaker een beroep op de overheid doet om meer regels te stellen of de regie te nemen. Een voorbeeld is het rapport van de commissie Joldersma inzake de verwevenheid van onder- en bovenwereld, waarin ook de notaris wordt genoemd.

De kern is duidelijk: Een notaris moet stevig in zijn schoenen staan. Als openbaar ambtenaar dient hij strikt de regels na te leven en erop toe te zien dat anderen dat ook doen. Als ondernemer heeft hij te maken met een krimpende vastgoedmarkt en dus minder klanten en inkomsten. Hij moet zorgvuldig en gewetensvol zijn notariële diensten verlenen en tegelijkertijd zijn omzetcijfers op peil houden om zijn personeel te kunnen betalen.

Het zijn de twee zijden van de medaille van het Latijnse notariaat: het ambt en het ondernemerschap. Die combinatie biedt u lusten en lasten. Zo hebt u het exclusieve recht om vastgoedtransacties in authentieke akten vast te leggen. Andere juridische dienstverleners mogen dat niet. Het ambt schept echter ook verplichtingen. Die hoef ik u niet uit te leggen.

Dames en heren,

Er is een citaat van de Amerikaanse schrijver Henry Miller, die schreef : “moeilijkheden zijn alleen maar kansen met doornen.” Volgens mij gaat dat in deze tijd ook op voor het notariaat. Ik heb er alle vertrouwen in dat ondanks de economische situatie het notariaat zijn veerkracht zal laten zien. Moeilijke omstandigheden maken mensen in de regel vindingrijk. Het notariaat is daarop geen uitzondering, dat heeft u de afgelopen tien jaren wel bewezen.

Ik wens u een prettige en leerzame dag toe.