Voorkeursdrempel Eerste Kamer naar 100%
De ministerraad heeft er op voorstel van staatssecretaris Bijleveld-Schouten van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties mee ingestemd uitvoering te geven aan een drietal moties over de wijze waarop leden van de Eerste Kamer worden gekozen. In de moties wordt om wetgeving gevraagd waarin wordt geregeld dat:
- de voorkeursdrempel voor de verkiezing van de Eerste Kamer wordt verhoogd tot 100 procent;
- lijstverbindingen bij Eerste Kamerverkiezingen niet meer na de verkiezingen van de Provinciale Staten kunnen worden aangegaan;
- de verkiezingen van de Eerste Kamer in alle Provinciale Staten op hetzelfde tijdstip plaatsvinden.
Het verhogen van de voorkeursdrempel voor de verkiezing van de leden van de Eerste Kamer betekent dat alleen kandidaten die minimaal het aantal stemmen halen dat nodig is voor een zetel met doorbreking van de lijstvolgorde in de Eerste Kamer gekozen kunnen worden.
Het kabinet deelt de mening van de Eerste Kamer dat het niet wenselijk is de uitslag van de Eerste Kamerverkiezing voorspelbaar te beïnvloeden door het aangaan van lijstcombinaties nadat de resultaten van de Provinciale Statenverkiezingen bekend zijn. Door het tijdstip van kandidaatstelling en daaraan gekoppeld het aangaan van lijstcombinaties te vervroegen naar een tijdstip vóór de verkiezing van de Provinciale Staten is dit niet meer mogelijk.
Het kabinet is positief over het wettelijk vastleggen van het tijdstip waarop de Eerste Kamerverkiezingen plaatsvinden.
De streefdatum voor de nodige wetswijzigingen is uiterlijk 1 januari 2011. Bij de verkiezing van de Eerste Kamer in mei 2011 zijn de wetswijzigingen daarmee van kracht.