Ander gasmengsel varkensslacht geen meerwaarde dierenwelzijn

Het verdoven van slachtvarkens met een CO2-gasmengsel dat afwijkt van het huidige gasmengsel zorgt niet voor meer dierenwelzijn. In sommige proeven is zelfs sprake van een verslechtering. Dat blijkt uit een onderzoek dat de Animal Sciences Group (ASG) van Wageningen UR heeft uitgevoerd in opdracht van minister Gerda Verburg van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV). Het onderzoek is vandaag naar de Tweede Kamer gestuurd.

ASG-Wageningen UR onderzocht het effect van verschillende gasmengsels op het verdoven van varkens vlak voor de slacht. Hoewel het gebruik van andere gasmengsels dan de gebruikelijke een positief effect heeft op de hartslag en in een aantal gevallen minder benauwdheid veroorzaakt, komen bij sommige gasmengsels de varkens te vroeg bij kennis, of treedt de verdoving te laat in. In beide gevallen zijn de dieren in vol bewustzijn voor of tijdens het slachtproces. Daarmee laat het onderzoek geen duidelijke aanwijzingen zien dat wijziging van de CO2-gasconcentratie leidt tot een verbetering van het dierenwelzijn.

Ook is onderzocht of de in de pluimvee gangbare twee-fasen-slachtmethode van toepassing is op varkens. Pluimvee wordt voor de slacht verdoofd met een lage concentratie CO2-gas om stress te voorkomen. Pas daarna wordt het pluimvee volledig verdoofd. Maar deze methode zou bij varkens op meer welzijnsproblemen stuiten want deze dieren krijgen grote ademhalingsmoeilijkheden bij het (langere tijd) inademen van een lage concentratie gas.

De onderzoekers zien wel mogelijkheden het dierenwelzijn in het slachtproces te verbeteren in de omstandigheden van de wachtruimte, het opdrijven en scheiden van de groep dieren voor de verdoving en bij het toedienen van de verdoving zelf.