Beantwoording Kamervragen over exportkredietverzekeraars

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA Den Haag

Datum 24 maart 2009
Ons kenmerk: BFB09-467
Betreft Kamervragen van de leden Blanksma-van den Heuvel en Haverkamp over exportkredietverzekeraars

Geachte voorzitter,

De kamerleden Blanksma-van den Heuvel en Haverkamp hebben mij vragen gesteld over de exportkredietverzekeraars. Hieronder treft u de beantwoording aan van deze vragen, mede namens de staatssecretaris van Economische Zaken.

Beantwoording van de kamervragen van de leden Blanksma-van den Heuvel en Haverkamp (beiden CDA) aan de minister van Financiën over exportkredietverzekeraars.

Vraag 1
Kent u het artikel “Verzekeraars van exportkredieten schenden beloftes”? 1)

1) Het Financieele Dagblad, 27 februari 2009

Antwoord
Ja.

Vraag 2
Bent u het eens met de in het artikel geponeerde stelling dat exportkredietverzekeraars als Atradius niets hebben gedaan om het intrekken van de dekkingen te heroverwegen? Zo ja, welke maatregelen bent u van plan te nemen om een zorgvuldige afweging met betrekking tot het verstrekken van exportkredietverzekeringen te bevorderen?

Antwoord
Exportkredietverzekeraars hebben aangegeven bereid te zijn om opnieuw te kijken of dekking op bedrijven weer mogelijk is, indien daarover meer recente financiële informatie wordt aangeleverd. Voor een deel van de bedrijven waarvoor meer recente informatie is aangeleverd, is voor zover bekend de dekking dan ook hersteld. Voor bedrijven waarvoor geen nieuwe informatie is aangeleverd, en dat betreft het merendeel van de bedrijven waarvan de dekking was ingetrokken, zal dat niet het geval zijn geweest.

Exportkredietverzekeraars zijn in de eerste plaats commerciële bedrijven, en als zodanig verantwoordelijk voor de eigen bedrijfsvoering. De overheid is niet in een positie om aanwijzingen te geven over de afweging die kredietverzekeraar maken bij het al dan niet verstrekken van dekking. Daarnaast geven kredietverzekeraars aan zichzelf niet alleen als verzekeraar te zien, maar ook als adviseur over acceptabele risico’s. Omdat bedrijven een eigen risico hebben bij de kredietverzekering hebben zij ook belang bij een prudente werkwijze van verzekeraars.

Vraag 3
Bent u van mening dat de door de overheid genomen maatregelen ter uitbreiding van de exportkredietverzekeringsfaciliteit de Nederlandse exportsector voldoende ondersteunen? Zo ja, hoe verhoudt dit zich tot de opmerking in genoemd artikel dat de huidige steuntoezegging voor de exportsector vooral gericht is op grote, langdurige transacties van kapitaalgoederen naar risicolanden? Zo nee, welke extra maatregelen bent u van plan te nemen om de ondersteuning van de totale exportsector te verbeteren?

Antwoord
De betreffende opmerking in het artikel over de huidige steuntoezeggingen is juist. De maatregelen die in januari zijn genomen zijn gericht op de grotere exporttransacties van kapitaalgoederen. Deze maatregelen zijn genomen om problemen aan te pakken die waren gesignaleerd bij de dekking van de export van kapitaalgoederen naar een aantal landen in Oost-Europa.

Het probleem waar het FD-artikel van 27 februari daarnaast aan refereert betreft kortlopende kredietverzekeringen in de vorm van omzetpolissen. Er wordt op dit moment in overleg met kredietverzekeraars bezien in hoeverre het mogelijk is om ook daar ondersteuning te bieden.


Hoogachtend,


De Minister van Financiën,

Wouter Bos