Antwoorden op kamervragen van Dezentjé Hamming-Bluemink en van Miltenburg over Meavita
De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
PG-K-U-2912950
Datum 13 maart 2009
Betreft Kamervragen
Geachte voorzitter,
Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van de Kamerleden Dezentjé Hamming-Bluemink en van Miltenburg (beiden VVD) over Meavita (2009Z2318 / 2080912950).
Hoogachtend,
de minister voor Jeugd en Gezin,
mr. A. Rouvoet
Antwoorden op kamervragen van de Kamerleden Dezentjé Hamming-Bluemink en van Miltenburg over Meavita.
(2009Z02318 / 2080912950)
Vraag 1
Bent u bekend met de problemen bij Meavita?
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Hoeveel gemeenten hebben een contract met Meavita voor de jeugdgezondheidszorg? In hoeveel gemeenten kunnen de problemen bij Meavita gevolgen hebben voor het aanbod van jeugdgezondheidszorg?
Antwoord 2
Meavita biedt jeugdgezondheidszorg in de gemeente Den Haag en voor zover mij bekend in 13 gemeenten in Utrecht en 11 gemeenten in Gelderland. Problemen bij Meavita zouden in al deze gemeenten gevolgen kunnen hebben voor de jeugdgezondheidszorg.
Vraag 3
Bent u in gesprek met deze gemeenten over de eventuele gevolgen van de problemen bij Meavita voor de jeugdgezondheidszorg?
Antwoord 3
Over de wijze waarop de continuïteit van de jeugdgezondheidszorg zo goed mogelijk geborgd wordt, verwijs ik naar de brieven van de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, dd. 17 februari jl. en 2 maart jl.
Vraag 4
Is het u bekend dat de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport als systeemverantwoordelijke de continuïteit van de AWBZ-zorg gegarandeerd heeft?
Antwoord 4
Ja dat is mij bekend.
Vraag 5
Kunt u, net als de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, garanderen dat de kinderen de zorg houden of vindt u dat de gemeenten die het betreft dit zelf moeten doen?
Antwoord 5
Zie het antwoord op vraag 6.
Vraag 6
Hoe ziet u hier de verhouding tussen de gemeenten en de rijksoverheid bij de problemen omtrent Meavita?
Antwoord 6
Op basis van de Wet Publieke Gezondheid (WPG) dienen gemeenten zorg te dragen voor de uitvoering van de Jeugdgezondheidszorg. De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en ik zijn systeemverantwoordelijk. Dit betekent dat wij het systeem zo inrichten dat alle partijen, zoals gemeenten en zorginstellingen, zo goed mogelijk hun werk kunnen doen. In de praktijk betekent dit ten aanzien van het oplossen van de problemen bij Meavita dat de gemeenten alles in het werk stellen om de continuïteit van de zorg die Meavita levert te waarborgen. Het uitgangspunt bij de gemeenten bij het zoeken naar een oplossing is lokaal maatwerk.
Vraag 7
Is Meavita in de betreffende gemeenten actief betrokken bij het opzetten en inrichten van de Centra voor Jeugd en Gezin?
Vraag 8
Hoe ziet u de ontwikkelingen van de Centra voor Jeugd en Gezin, mochten de problemen van Meavita in de toekomst nog groter worden? Wat zijn de scenario’s als soortgelijke organisaties in de problemen komen?
Antwoord 7 en 8
Gemeenten hebben het voortouw bij het opzetten en inrichten van de Centra voor Jeugd en Gezin. Meavita is, net als alle partijen die zorg (gaan) verlenen in de Centra voor Jeugd en Gezin, betrokken bij het opzetten en inrichten hiervan. Aangezien de continuïteit van de jeugdgezondheidszorg op dit moment niet in het geding is, loopt de ontwikkeling van de Centra van Jeugd en Gezin in de betreffende regio’s voor zover mij bekend geen gevaar.
Mochten in de toekomst soortgelijke situaties ontstaan dan zal ik mij inzetten voor de continuïteit van de jeugdgezondheidszorg.
Vraag 9
Denkt u dat de door u toegezegde terugdringing van de wachtlijsten in de jeugdgezondheidszorg gerealiseerd gaan worden als partijen zoals Meavita in de problemen komen?
Antwoord 9
De jeugdgezondheidszorg heeft geen wachtlijsten.