Missie Tsjaad bijna ten einde
Het detachement van 60 Nederlandse mariniers keert volgende week terug uit Tsjaad. Een uitgebreid verkenningspeloton heeft 10 maanden lang nabij de Soedanese grens deel uitgemaakt van een Iers bataljon op Camp Ciara in de plaats Goz Beida.
De missie vond plaats onder de vlag van EUFOR. Vanaf 15 maart nemen de Verenigde Naties deze over onder de naam MINURCAT, een multinationale operatie in Tsjaad en de Centraal Afrikaanse Republiek.
Rebellen
De Nederlandse militairen hebben vanaf mei vorig jaar met hun patrouilles voor rust en stabiliteit in het gebied gezorgd. Eénmaal, op 14 juni, stonden de mariniers oog in oog met rebellen die vanuit het buurland de Tsjadische regering van president Debi omver willen werpen. Uiteindelijk liep deze confrontatie met een sisser af, mede door verstandig optreden van de pelotonscommandant.
Spanning
Ook in de tweede periode, van 27 oktober tot nu, zijn er ook 'spanningsmomenten' geweest, zegt pelotonscommandant eerste luitenant Mark Haasdijk. “Zeker als je tegenover grote groepen militairen komt te staan. Je moet je altijd realiseren dat het een conflictgebied betreft en dat er dus onverwachte dingen kunnen gebeuren.” In het gebied hebben de mariniers niet alleen leren omgaan met die spanningen, maar ook met hun nieuwe voertuigen, de Viking. “De voertuigen hebben zeker in het regenseizoen goed gefunctioneerd en zijn maximaal getest”, weet Haasdijk.
Overbrugging
De Senior Representative op het hoofdkwartier in Abeché, majoor Paul 't Hoen, denkt dat het nog te vroeg is conclusies te trekken wat betreft het succes van de missie. “Wel kun je vaststellen dat EUFOR als overbruggingsperiode voor MINURCAT tot een van de rustigste periode in dit door geweld geteisterde gebied heeft geleid. Het kan niet anders zijn dan dat de mariniers onder zeer zware omstandigheden – denk alleen al aan de temperaturen – hier een fikse steen aan hebben bijgedragen.”
Toonbeeld
't Hoen ziet ook wel degelijk een nationaal succes. “Deze missie was een toonbeeld van samenwerking tussen de krijgsmachtdelen, met de Koninklijke Marine als coördinator”, zegt de officier van de landmacht.