Rijksministerraad stemt in met Rijkswet politie
De Rijksministerraad heeft ingestemd met de Rijkswet politie van Curaçao, van Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba. Dit voorstel van Rijkswet van minister Hirsch Ballin van Justitie en minister Ter Horst en staatssecretaris Bijleveld-Schouten van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties regelt op de betrokken eilanden de inrichting, organisatie en het beheer van de politie, alsmede de onderlinge samenwerking wanneer de staatkundige vernieuwingen binnen het Koninkrijk der Nederlanden van kracht worden. In de nieuwe situatie worden Curaçao en Sint Maarten landen binnen het Koninkrijk en zullen Bonaire, Sint Eustatius en Saba onderdeel van Nederland worden.
In het voorstel van Rijkswet staat de lokale inbedding van de inrichting, de organisatie, het gezag en het beheer van de politie in het staatsbestel van de drie landen voorop. Daarnaast regelt het voorstel diverse vormen van politiesamenwerking tussen de landen. De politietaken zijn aan de korpsen opgedragen en de politie treedt op onder het nationale gezag. Openbare orde- en hulpverleningstaken worden in Curaçao en Sint Maarten uitgevoerd onder gezag van de minister van Justitie. Op Bonaire, Sint Eustatius en Saba worden deze taken uitgeoefend onder gezag van de gezaghebbers. Het beheer van deze korpsen valt onder verantwoordelijkheid van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. De justitiële politietaken worden in Curaçao en Sint Maarten en op Bonaire, Sint Eustatius en Saba uitgevoerd onder gezag van de procureur-generaal.
De onderlinge samenwerking krijgt gestalte in de gemeenschappelijke voorziening politie. De gemeenschappelijke voorziening levert mensen en middelen aan de korpsen voor onderzoek naar grensoverschrijdende criminaliteit en voor onderzoek naar zware en georganiseerde criminaliteit. Dergelijke onderzoeken vinden plaats binnen de lokale korpsen onder leiding van de korpschef. De directeur van de gemeenschappelijke voorziening ziet toe op een goede inzet van het aan de korpsen beschikbaar gestelde personeel en is verantwoordelijk voor de kwaliteit.
Verder voorziet het voorstel in een regeling van onderlinge bijstand tussen de korpsen. Uitgangpunt van de landen is dat de korpsen elkaar waar mogelijk op verzoek bijstaan. Om de samenwerking eenvoudig en goed gestalte te kunnen geven, wordt geregeld dat ambtenaren van politie bevoegd zijn in elk van de landen. Ook voorziet het voorstel er met het oog op samenwerking onder meer in dat de landen onderling een regeling treffen met betrekking tot trainings-, opleidings- en kwaliteitseisen zodat deze eisen zoveel mogelijk gelijk zijn. Tevens is geregeld dat dezelfde ambtsinstructie voor alle ambtenaren van politie geldt.
De ministerraad heeft ermee ingestemd dat het voorstel van Rijkswet voor advies aan de Raad van State van het Koninkrijk zal worden gezonden. De tekst van het wetsvoorstel en van het advies van de Raad van State van het Koninkrijk worden openbaar bij indiening bij de Tweede Kamer en toezending aan de Staten van de Nederlandse Antillen en Aruba.