Kabinet: rechtspraak toegankelijker
De rechtspraak in Nederland moet toegankelijker worden voor de burger. De bevoegdheid van de kantonrechter om zaken te behandelen wordt uitgebreid, waardoor burgers minder vaak verplicht worden een advocaat in te schakelen. Verder krijgen rechtbanken en gerechtshoven meer mogelijkheden om samen te werken, waardoor de efficiency van de rechtspraak wordt vergroot. Om meer evenwicht te brengen in de werklastverdeling tussen de gerechtshoven, worden enkele aanpassingen aangebracht in de indeling van de rechtsgebieden van de gerechtshoven.
Dit blijkt uit een wetsvoorstel van minister Hirsch Ballin van Justitie waarmee de ministerraad heeft ingestemd. Los van dit wetsvoorstel wordt een algemene herziening van de gerechtelijke kaart van Nederland voorbereid. Dit leidt in een later stadium tot wetswijziging. De minister van Justitie heeft de Tweede Kamer toegezegd binnenkort te komen met een nadere uitwerking van het toekomstige aantal vestigingsplaatsen voor rechtspraak.
De bevoegdheid van de kantonrechter om zaken te behandelen, wordt uitgebreid. Op dit moment kunnen veel zaken met een waarde tot 5.000 euro worden voorgelegd aan de kantonrechter. Dit bedrag gaat omhoog naar 25.000 euro. Ook wordt de kantonrechter bevoegd in alle geschillen over consumentenkoop en consumentenkrediet (tot 40.000 euro). Hierdoor wordt het voor burgers gemakkelijker om relatief eenvoudige zaken aan de rechter voor te leggen. Bij de kantonrechter is het namelijk niet verplicht om een advocaat in te schakelen en kunnen partijen hun zaak desgewenst geheel zelfstandig bepleiten. Het kabinet vindt het belangrijk dat de laagdrempelige, efficiënte en klantvriendelijke werkwijze van de kantonrechtspraak structureel wordt versterkt.
Voor een goede toegankelijkheid van de rechtspraak moet de behandeling van algemene en veel voorkomende zaken in eerste instantie binnen alle arrondissementen (de 19 rechtsgebieden van de rechtbanken) gegarandeerd blijven. Wanneer een rechtbank tijdelijk niet over genoeg capaciteit beschikt, bijvoorbeeld bij megazaken of zaken waarvoor een gespecialiseerde behandeling nodig is, kan een zaak door een andere rechtbank binnen het ressort worden overgenomen. Verder krijgt in de nieuwe opzet de Raad voor de rechtspraak de bevoegdheid om nevenlocaties aan te wijzen. Nu staan alle nevenlocaties nog opgesomd in de wetgeving over de rechterlijke organisatie.
Omdat het zaaksaanbod tussen de vijf verschillende gerechtshoven in Nederland onevenwichtig is verdeeld, heeft het kabinet samen met het openbaar ministerie en de Raad voor de rechtspraak gekeken naar de indeling van de ressorten. Nederland is onderverdeeld in vijf ressorten met een eigen gerechtshof. Elk ressort omvat één of meer provincies en telt een aantal arrondissementen met een eigen rechtbank. De nieuwe indeling is als volgt:
- ressort Amsterdam: provincie Noord-Holland;
- ressort Arnhem: provincies Gelderland en Utrecht;
- ressort Den Haag: provincie Zuid-Holland;
- ressort Den Bosch: provincies Limburg, Noord-Brabant en Zeeland;
- ressort Leeuwarden: provincies Drenthe, Flevoland, Friesland, Groningen en Overijssel.
Deze herindeling betekent met name een vergroting van het ressort Leeuwarden en een verkleining van het ressort Amsterdam.
Het wetsvoorstel bevat ook regels over de mogelijkheid voor burgers om klachten over rechters in te dienen bij de Hoge Raad. Deze procedure is een aanvulling op de mogelijkheid om eerst een klacht te laten behandelen bij het gerecht waar de betrokken rechter werkzaam is.
De ministerraad heeft ermee ingestemd om het wetsvoorstel voor advies naar de Raad van State te sturen. Het advies en de tekst van het wetsvoorstel worden openbaar bij indiening bij de Tweede Kamer.