Gevolgen regionale bevolkingskrimp ingrijpend
De gevolgen van een een dalend inwonertal zijn voor sommige regio's zo ingrijpend en kostbaar dat allerlei rijksregelingen op het terrein van stedelijke vernieuwing en onderwijs en zorg tegen het licht gehouden moeten worden. Bij de verdeling van middelen wordt nog te eenzijdig gedacht in termen van groei, terwijl juist krimp ook grote kosten met zich meebrengt. Het is denkbaar dat er van elke regeling zowel een groei als krimp-variant moet komen.
Dat stelde minister Van der Laan vandaag in Kerkrade bij de conferentie 'De nieuwe groei heet krimp'. Bij de confentie die door het Nicis-institute werd georganiseerd, kreeg de minister een studie over de demografische ontwikkeling in Parkstad Limburg overhandigd. De uitkomsten bevestigen dat het inwonertal de komende dertig jaar met 70.000 afneemt tot 170.000. Tegelijkertijd neemt ook het aantal huishoudens af en verlaten jongeren de stadsregio. Het aantal scholieren neemt tot 2025 met bijna een derde af.
Toine Gresel, de voorzitter van de stadsregio waarin onder andere Heerlen en Kerkrade liggen, wees de minister op de toenemende leegstand, de waardedaling van het onroerend goed en 'het spook van de verpaupering'. Terwijl aan de ene kant voorzieningen zoals scholen gesloopt moeten worden, is er juist door de vergrijzing behoefte aan andere woningen en meer zorg. Gresel waarschuwde voor een zichzelf versterkende krimp: doordat de regio minder aantrekkelijk wordt, neemt de investeringsbereidheid af waardoor nog meer mensen het gebied verlaten.
'De regio's die ermee te maken hebben, kunnen het niet in hun eentje oplossen', stelde minister Van der Laan. 'Daarmee is krimp een nationaal en dus ook een 'Haags' probleem.' De minister kondigde aan dat er in juni een grote bestuurderstop over het thema komt. In het najaar stelt het kabinet een 'Actieplan bevolkingsdaling' vast. Ook komt er een Nationaal Expertisecentrum over krimp.