Actieplan aanpak zeer zwakke basisscholen
Staatssecretaris Dijksma zet extra acties in gang om het aantal zeer zwakke scholen in het basisonderwijs terug te dringen.
Dit staat in het actieplan zeer zwakke scholen dat vandaag aan de Tweede Kamer is aangeboden. De staatssecretaris wil het aantal zeer zwakke scholen drastisch terugbrengen. "Kinderen hebben recht op goed onderwijs. Zeer zwakke scholen bieden geen goed onderwijs. Ik wil daarom extra maatregelen nemen om het aantal zeer zwakke scholen snel terug te dringen."
Het actieplan bestaat uit de volgende acties:
- De termijn dat een school zeer zwak is, moet korter worden. De Inspectie van het Onderwijs eist snelle verbetering en zal daarom na een jaar een kwaliteitsonderzoek doen bij iedere zeer zwakke school. Bij onvoldoende voortgang zullen krachtige interventies worden ingezet.
- De sectororganisatie maakt een plan voor de versterking van besturen en de schoolleiding van zwakke en zeer zwakke scholen. Onderdeel daarvan is de inzet van zogenaamde analyseteams, die hulp bieden bij snelle verbetering van de kwaliteit van het onderwijs.
- De Onderwijsinspectie maakt afspraken met scholen die in de gevarenzone zitten. Zwakke scholen krijgen hetzelfde intensieve toezicht als zeer zwakke scholen. Zo wordt voorkomen dat er meer zeer zwakke en zwakke scholen bijkomen.
- De Onderwijsinspectie grijpt eerder in als schoolbesturen hun verantwoordelijkheid ten aanzien van de kwaliteit van het onderwijs niet nemen. Bij onvoldoende verbetering geeft het wetsvoorstel 'Goed onderwijs, goed bestuur' de staatssecretaris de mogelijkheid sancties te treffen.
- Schoolleiders krijgen ondersteuning van sterke scholen (twinning) om te voorkomen dat de risicoschool verder afzakt.
- Er wordt een instrument ontwikkeld om zwakke scholen vroegtijdig te kunnen signaleren.
- Bij concentraties van zwakke en zeer zwakke scholen maakt het ministerie van OCW aparte afspraken met de betreffende organisaties en medeoverheden over de aanpak. Zo zijn er afspraken gemaakt met de vrije scholen, de scholen in de drie noordelijke provincies, het islamitisch onderwijs en een aantal scholen binnen de G4.