Antwoorden op kamervragen van Langkamp over het wegvallen van verloskundige zorg in twee ziekenhuizen
De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
CZ-K-U-2803955
15 januari 2009
Antwoorden van minister Klink op de kamervragen van het Kamerlid Langkamp (SP) over het wegvallen van verloskundige zorg in twee ziekenhuizen. (2008Z06398/2080904750).
Vraag 1
Wat is uw reactie op het wegvallen van de afdeling verloskundige zorg in twee Utrechtse ziekenhuizen, waardoor toekomstige moeders moeten uitwijken naar een ziekenhuis verderop? 1)
Antwoord 1
De wens om ziekenhuiszorg dichtbij te houden laat zich niet in alle gevallen verenigen met de kwaliteitsstandaarden waaraan de zorg moet kunnen voldoen. De concentratie van de verloskamers in het Sint Antonius Ziekenhuis in Nieuwegein maakt het mogelijk om voldoende gynaecologen en anesthesisten ten behoeve van bevallingen in de nacht beschikbaar te hebben. Ik ondersteun deze keuze voor veiligheid, ook al moet ik vaststellen dat deze keuze gepaard gaat met een minder grote bereikbaarheid. Zoals ik ook in de notitie “Kiezen voor bereikbaarheid en kwaliteit van zorg” heb aangegeven, is de kwaliteit van zorg leidend.
Vraag 2
Deelt u de mening dat het onacceptabel is dat Utrechtse moeders nu minimaal 20 minuten moeten rijden voordat zij in het ziekenhuis arriveren en daar verloskundige zorg kunnen ontvangen? Zo ja, welke maatregelen gaat u treffen?
Antwoord 2
Ook ik signaleer het optredende verlies aan bereikbaarheid. Ik zal mij blijven inspannen om de bereikbaarheid binnen de wettelijke normtijd te houden. Zoals ik al in mijn antwoord op vraag 1 heb aangegeven, staat dit doel echter in veel gevallen op gespannen voet met de keuze voor kwaliteit. In de Utrechtse situatie wegen de voordelen die behaald worden op het terrein van kwaliteit en veiligheid ruim op tegen de extra reistijd.
Vraag 3
Deelt u tevens de mening dat het onwenselijk is dat zwangere vrouwen in de regio Utrecht vaker doorverwezen zullen worden om in het ziekenhuis te bevallen? Zo ja, welke maatregelen gaat u treffen?
Vraag 4
Deelt u de mening dat het onaanvaardbaar is dat toekomstige moeders, door het wegvallen van de verloskundige zorg uit twee ziekenhuizen, nu meer risico’s lopen tijdens thuisbevallingen nu de reistijden langer worden. Zo neen, welke maatregelen gaat u treffen?
Vraag 5
Vindt u het wenselijk dat thuisbevallen in de regio Utrecht door deze ontwikkeling te risicovol wordt en er dus minder thuis zal worden bevallen? Zo ja, waarom? Zo neen, wat gaat u doen om ervoor te zorgen dat zwangere vrouwen in de regio Utrecht thuis kunnen blijven bevallen?
Antwoord 3, 4 en 5
Ik ben van mening dat de keuze voor het thuis bevallen beschikbaar moet blijven, indien dit verantwoord voor moeder en kind kan plaatsvinden. Dit betekent dat in geval van optredende complicaties de tweedelijns verloskundige zorg binnen verantwoorde tijd beschikbaar moet zijn. In de Utrechtse situatie zullen vrouwen die thuis bevallen eerder worden doorverwezen naar het ziekenhuis om zo risicovolle situatie te voorkomen.
Vraag 6
Wat is het oordeel van de Inspectie voor de Gezondheidszorg over deze ontwikkeling?
Antwoord 6
Voor de Inspectie voor de Gezondheidszorg is bepalend dat er sluitende afspraken zijn voor de organisatie van de verloskundige zorg in een regio, en dat deze afspraken zijn vastgelegd en geaccordeerd door alle betrokken partijen. Er zijn meer regio’s in het land waar de reistijd naar een ziekenhuis twintig minuten of meer bedraagt. Het bepalen of – gezien de lokale omstandigheden – die afstand bij een bevalling in de thuissituatie verantwoord is, is een onderdeel van het risico-selectie beleid van de verloskundige. Bij een door de nieuwe situatie langere reistijd zal een verwijzing tijdens een thuisbevalling mogelijk eerder moeten plaatsvinden dan voorheen. Ook is denkbaar dat de afspraken met ambulancediensten aangepast moeten worden. De Inspectie voor de Gezondheidszorg is van oordeel dat het de verantwoordelijkheid is van alle betrokken partijen om in een dergelijke gewijzigde situatie gezamenlijke afspraken te maken om verantwoorde zorg te kunnen blijven leveren, en zal erop toezien dat deze ook worden nageleefd.
Vraag 7
Vindt u het een wenselijke ontwikkeling dat er, door het tekort aan gynaecologen en anesthesisten, steeds meer ziekenhuizen zijn waar de afdeling verloskunde verdwijnt? Zo neen, wat gaat u eraan doen om te voorkomen dat er in de toekomst nog meer afdelingen verloskunde uit ziekenhuizen verdwijnen?
Vraag 8
Geeft deze ontwikkeling voldoende aanleiding om te concluderen dat er meer opleidingsplaatsen nodig zijn voor gynaecologen? Zo neen, waarom niet?
Antwoord 7 en 8
Ik moet constateren dat ondanks de vele wervingspogingen het sommige ziekenhuizen niet lukt om voldoende gynaecologen en anesthesisten aan te trekken. Sommige ziekenhuizen zullen door hun geografische ligging, omvang en aantrekkingskracht ten aanzien van hun personele situatie kwetsbaar blijven. Het probleem voor sommige ziekenhuizen in het plattelandsgebied zal dus niet altijd kunnen worden opgelost door het creëren van extra opleidingsplaatsen. Het tekort aan voldoende gynaecologen/anesthesisten leidt overigens niet per definitie tot het verdwijnen c.q. de concentratie van de verloskundige zorg. Per geval zal moeten worden beoordeeld tot welke gevolgen een tekort aan voldoende specialisten leidt en hoe kwalitatief verantwoorde zorg gegarandeerd blijft.
1) Utrechts Nieuwsblad, 6 november 2008 “Utrecht bevalt in Antonius”, en “Bij spoedopname telt elke minuut”.