Minister neemt advies Task Force Versterking Recreatietoervaart in ontvangst.

Toespraak | 13-01-2009

Spreekpunten van de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV), bij het in ontvangst nemen van het advies van de Task Force Versterking Recreatietoervaart op 13 januari 2009.

Waardering voor dit advies. Een verkenning, u gaf het al aan, naar de technische en bestuurlijke haalbaarheid van een bijdrageregeling voor de watersport. U heeft het met wijsheid gedaan, en met ijver. In minder dan een half jaar is het tot stand gekomen. Hulde daarvoor.

Wie Nederland zegt, zegt water. En dat water is meer dan een dreiging. Meer dan levensbehoefte. Meer dan een basis voor voedselproductie. Water is ook recreatie, ontspanning, emotie, cultuur. We werden de afgelopen week getrakteerd op prachtige voorbeelden. Niet echt weer om te praten over recreatietoervaart, maar een andere hobby op het water: schaatsen. En wat een fantastische manier om Nederland zo vanaf het water te zien. Prachtige plaatjes, alsof Anton Pieck ze schilderde. Nu stevige dooi is ingetreden kunnen we het weer hebben over de toervaart.

Onze vaarten en plassen zijn ons recreatietegoed. In bijna alle seizoenen toeven en toeren mensen erdoor en erover. Even bijkomen in het zonnetje tussen het riet, genieten van het geklots van golfjes, en dan ineens die bijzondere vogel zien. Of zwemmen, zeilen, surfen, skiën. De vakantiebeurs, die vorige week woensdag werd gehouden, speelde daar ook op in. Er komt vanuit die hoek zelfs een campagne voor vakantie in eigen land.

Daar sta ik helemaal achter. Nederlanders moeten vakantie in eigen land kunnen houden, in elk jaargetijde. Op hun eigen manier, in hun eigen tempo. Daar hebben we een goed, toegankelijk, fijnmazig en duurzaam recreatietourvaartnet bij nodig.

Het ideale vaarroutenetwerk wordt, net als landschap, gedragen door ons allemaal. Waarbij het belangrijk is dat we beseffen dat recreatief tourvaren niet vanzelfsprekend is. Ik ben dan ook blij, mijnheer Gabor,te horen dat gebruikers zich betrokkenheid weten. Dat is positief. Wie er van geniet, voelt zich betrokken. En wie betrokken voelt, wil er best extra voor betalen. Goed nieuws.

Doorvaarhoogten, vaardieptes, veiligheid, en milieu moeten nu eenmaal in de gaten worden gehouden. Dat vraagt investeringen, onderhoud en beheer. U adviseert het instellen van een zogenaamd blauwfonds met een geschatte opbrengst van rond de 45 á 50 miljoen europer jaar, gevoed door gebruikers.

U heeft ook gesproken met consumentenorganisaties en brancheorganisaties. Ze blijken te hechten aan de voorzieningen. En zij wijzen bijdragen van de recreanten niet op voorhand af. Tussen uw zinnen door hoorde ik dat het mogelijk is om enige vormen van scepsis te doen omslaan. We zullen dat bekijken als we praten met de verschillende organisaties de komende maanden.

De houding, van recreanten en van maatschappelijke organisaties, maakt het Blauwfonds kansrijk. Recreatievaarders die het fonds zelf voeden, ervaren sterker dat hun belangen gericht gediend worden.

Ik ben benieuwd, en daar zal ik in uw advies ook op letten, in hoeverre het ook praktisch uitvoerbaar is. Ik wil niet graag iets nieuws als de administratieve lasten hoger zijn dan de opbrengsten. Of het voldoende oplevert om de participanten in het fonds waar voor hun bijdrage te geven. En of de administratieve lasten ook echt opwegen tegen de baten.

Als je door Nederland kunt trekken met je boot; soms klein, soms groot, dan kom je vele knelpunten tegen. Van de 4400 kilometer vaarroute is er op 40% sprake van knelpunten. Daar moeten we wat aan doen.

Over de wenselijkheid en mogelijkheden ga ik in gesprek met de bij de watersport betrokken organisaties, met collega-ministers en met andere overheden. Op basis daarvan zal het kabinet voor de zomer een breed gedragen kabinetsstandpunt innemen.

Nogmaals dank voor het advies. Hulde voor uw inzet, uw enthousiasme en het resultaat dat er nu ligt.