Ouders willen Centra voor Jeugd en Gezin
Ruim 85% van de ouders in Nederland vindt dat het Centrum voor Jeugd en Gezin een laagdrempelige voorziening moet zijn, waar je met elke opvoedvraag moet kunnen binnenlopen en met een antwoord weer naar buiten gaat. Dat blijkt uit onderzoek dat Jeugd en Gezin heeft laten uitvoeren.
Van de ruim 1.100 ouders en jongeren die meededen aan het onderzoek, geeft bijna 70% aan het een goed idee te vinden dat er in elke gemeente een Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) komt. Bijna alle ondervraagden weten dat het CJG bestemd is voor ouders en jeugdigen. Een kleine 90% geeft aan dat de centra er zijn om te voorkomen dat er bij jongeren problemen ontstaan. Meer dan 90% geeft aan dat ze het belangrijk vinden dat alle hulpverleners binnen het CJG goed samenwerken. Ouders en jongeren hoeven dan niet steeds opnieuw hun verhaal te doen. De ondervraagden vinden het belangrijk dat er naar hen wordt geluisterd (93%) en dat de medewerkers van het CJG verstand hebben van opvoedproblemen (eveneens 93%).
Minder belangrijk vinden de ondervraagden het dat een CJG in de eigen wijk is gevestigd. 3 van de 4 respondenten zegt het belangrijk te vinden dat elk CJG dezelfde naam gebruikt en hetzelfde logo heeft.
Landelijk dekkend netwerk in 2011
Minister Rouvoet is blij met de uitkomsten van dit onderzoek. ‘Dat zoveel ondervraagde ouders het nut inzien van de CJG’s, is belangrijk. Dat betekent dat de mensen van de nieuwe centra afweten en er positief tegenover staan. Dat is een eerste vereiste voor succes’.
Rouvoet geeft in een brief aan de Nederlandse gemeenten aan dat de verwachtingen van de ondervraagden over het CJG aansluiten bij zijn plannen met de centra. ‘In 2011 moet er een landelijk dekkend netwerk van CJG’s zijn, waar alle ouders en jeugdigen met alle mogelijke vragen over opvoeden en opgroeien én voor hulp terechtkunnen. En gemeenten moeten sluitende afspraken maken over de totstandkoming van één gezin, één plan en over coördinatie van zorg.’
Ten minste 30 Nederlandse gemeenten hebben momenteel een CJG. Eind 2009 zullen dat er naar verwachting 125 zijn. Minimaal 25 andere gemeenten hebben een inlooppunt volgens het basismodel CJG. Deze gemeenten willen eerst nog een aantal aspecten verbeteren, voordat zij het CJG officieel openen. Aan het eind van deze kabinetsperiode beschikken alle 443 gemeenten in Nederland over een CJG. Hierin kunnen ouders en jongeren terecht met hun vragen over opvoeding en opgroeien.