Dreigingsbeeld georganiseerde misdaad 2008
De in- en uitvoer van heroïne en cocaïne en de productie van synthetische drugs zijn belangrijke vormen van georganiseerde misdaad die een bedreiging vormen voor de Nederlandse maatschappij. Verder zijn er signalen van mensenhandel en is Nederland aantrekkelijk voor witwassen via vastgoed. Dat blijkt uit het Nationaal Dreigingsbeeld 2008 dat vandaag door de ministers Hirsch Ballin van Justitie en Ter Horst van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties naar de Tweede Kamer is gezonden.
Het Nationaal Dreigingsbeeld (NDB) wordt om de vier jaar opgesteld door het Korps landelijke Politiediensten en omschrijft de ontwikkelingen in de georganiseerde misdaad. Deze ontwikkelingen worden afgezet tegen de maatschappelijke gevolgen van dergelijke vormen van criminaliteit. Mede op grond van het NDB stellen de ministers van Justitie en BZK de speerpunten vast in de aanpak van de georganiseerde misdaad.
Uit het dreigingsbeeld komt naar voren dat Nederland nog altijd een belangrijk in- en doorvoerland is voor heroïne en cocaïne en een productieland voor synthetische en softdrugs. Verder zijn er signalen die wijzen op mensenhandel. Nederland is verder aantrekkelijk voor witwassers, onder meer door criminele investeringen in vastgoed. Het gebruik van geweld door criminele samenwerkingsverbanden baart zorgen. Het NDB omschrijft in totaal zeventien soorten criminele activiteiten als een daadwerkelijke dreiging.
Voor de periode 2008-2012 zijn onder meer op basis van het NDB de volgende speerpunten vastgesteld:
- Witwassen (onder andere via vastgoed)
- Mensenhandel- en smokkel
- Terrorisme en extreme vormen van ideologische gemotiveerde misdaad
- Grootschalige hennepteelt
- Handel in cocaïne en heroïne
- Productie van en handel in ecstasy en amfetamine
Deze speerpunten worden primair opgepakt door de Dienst nationale recherche van het Korps Landelijke Politiediensten en het landelijk parket van het openbaar ministerie. Maar de bestrijding van de georganiseerde misdaad moet ook op regionaal en bovenregionaal niveau plaatsvinden. Regionale criminaliteitsanalyses kunnen aanleiding geven om ook andere vormen van georganiseerde misdaad aan te pakken. Vormen waar de regio last van heeft, zoals overvalcriminaliteit door criminele bendes.
Eind vorig jaar zijn de intensiveringsprogramma’s Versterking Aanpak Georganiseerde Misdaad (PVGAM),,Financieel Economische criminaliteit en Cybercrime van start gegaan. Deze programma’s gaan ervoor zorgen dat de politie beter in staat is financieel of digitaal te rechercheren. Daarnaast richten ze zich op thema’s als mensenhandel, hennepteelt, witwassen en onverklaarbaar vermogen, vastgoed, kinderporno, fraude/heling op het internet en ICT als doelwit. Rondom deze thema’s zijn proeftuinen ingericht waarin alle, ook innovatieve, opsporingsmethoden worden benut en getoetst.
Bovendien zal het beeld worden gebruikt bij de intensivering van de bestuurlijke aanpak van georganiseerde misdaad. Het zal een basis vormen voor de activiteiten van de tien regionale informatie- en expertisecentra. In een volgend dreigingsbeeld zal een sterkere koppeling worden gemaakt met informatie uit de bestuurlijke sfeer alsmede dreigingen die voor de bestuurlijke aanpak van belang zijn .