Meldcode voor aanpak huiselijk geweld en kindermishandeling
Met een verplichte meldcode wil het kabinet huiselijk geweld en kindermishandeling uitbannen en professionals houvast bieden bij hulpverlening.
In een brief aan de Tweede Kamer staan de stappen waaraan de meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling in ieder geval moet voldoen: signaleren, een gesprek met betrokkenen, collegiale toetsing, melden bij het meldpunt, hulp op gang brengen, nazorg en wijze van vastleggen.
Tijdig en daadkrachtig aanpakken
De verplichte meldcode maakt het voor het eerst mogelijk om huiselijk geweld en kindermishandeling tijdig en daadkrachtig aan te pakken. De code zal gelden voor de gezondheidszorg, het onderwijs en de kinderopvang, de maatschappelijke ondersteuning, jeugdzorg en justitie.
Meldrecht
Onderdeel van de meldcode is het meldrecht, dat expliciet in het wetsvoorstel meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling is opgenomen. Meldrecht betekent dat de professional met beroepsgeheim zelf de keuze maakt om huiselijk geweld wel of niet te melden. Wanneer de professional zorgvuldig heeft besloten om wel te melden, is hij niet aansprakelijk voor eventuele gevolgen.
Meldpunten
Voor het melden van huiselijk geweld bestaat op dit moment geen wettelijk meldpunt. Daar wil het wetsvoorstel verandering in brengen. De op te richten meldpunten kunnen aansluiten bij de bestaande Advies- en Steunpunten Huiselijk Geweld. Ze krijgen onder andere onderzoekbevoegdheid, zodat ze actie kunnen ondernemen bij een melding. Voor het melden van kindermishandeling is er al het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling (AMK).
Het wetsvoorstel tot meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling wordt in het najaar van 2009 naar de Raad van State gestuurd. Het is afkomstig van de bewindspersonen Hirsch Ballin (Justitie), Rouvoet (Jeugd en Gezin) en Bussemaker (VWS) mede namens de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de staatssecretarissen van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.